donderdag 28 februari 2013

Donderdagbeleving; XIII

Ik heb me maar een wijntje ingeschonken. Als rustgever, om me op de bureaustoel te laten plakken voor het er allemaal uit is. De dagelijkse fluthoroscoop in het net zo flutkrantje 'Le Montagne' dat op de lange dinertafel van JP ligt voorspelde het al voor vandaag; werk; grote kans op een snelle succesvolle carrieremove, liefde; in overvloed voor je partner en heb je die niet, dan is de dag er goed voor je open te stellen voor een ontmoeting van belang met liefdevolle gevolgen (of zoiets, is natuurlijk vrij vertaald) gezondheid; kans op slapeloosheid. Wellicht, dacht ik tussen de middag al. Ik had al een enerverende ochtend achter de rug waarbij de wereld me toelacht en ik dit in de felle winterzon alleen maar beantwoorden kan zonder nadenken, in het volste vertrouwen. Vandaag komt alles goed, dat wat betrekking heeft op mij dan. Want lief is uitgeput, door het systeem dat blijft zeuren, curatoren, belastingdienst, krom liggen a 30 jaar, altijd belasting betalen, alles keurig volgens de wet en overige regels en toch onrechtmatig verdrukt en gedwongen worden om verder te gaan dan het spreekwoordelijke gaatje. Maar goed, de zon en zijn kracht had mij volledig te pakken vandaag. Thuis in de zon rommelen zit er toch niet in op de donderdagen, dus 'haal er alles uit dat erin zit'. Het is aan mij besteed. 
Ik had gisteren de moed gevat om de vrouw van de bomenklusklant te bellen om haar te vragen of het vrijdag of zaterdag uit komt dat we komen. Het weer is perfect, de maan staat gunstig, nu of nooit. Maar mevrouw verstaat tot twee keer toe niet dat ik mijn naam noem en keurig vraag of ik mevrouw aan de lijn heb. Bitser dan ooit blijft ze drammen dat het onbeleefd is als iemand die belt zijn naam niet noemt. Gelijk heeft ze, maar ze herkent mijn naam niet en denkt "merde foeterdefoeter" weer met een verkoper van doen te hebben. De reden dat wij bellers met 'ID Masquee' negeren. Uiteindelijk wordt het duidelijk, de boomverzorgster, hoe onwaarschijnlijk de vrouwelijke vorm van het beroep ook is, die toch vriendelijk blijft. Ze weet het nog niet, manlief is niet thuis, "hij belt u wel". Oké, ik kom de beste man toch wel in de bistro tegen, vandaag, tijdens de marktochtend. Maar ik voelde nattigheid. Die klus gaat misschien niet door....
Voor ik huis en veilige haven verlaat om me weer te begeven onder de Fransen, lijkt het weer een volksverhuizing. De Rode moet eerst ontdaan van kettingzagen, kettingen, handschoenen, een tak die de klep blokkeerd, olie en benzine. Zak huisvuil erin, een lege fles, boodschappentassen, tasje met pantoffels voor bij Nadine en mevrouw Ravelac, Nederlands boek ter ontspanning, lijstjes, usb-stick, geld (auw), kortingsbon van de RAGT, extra trui en on y va. 
Bij die boerenbond winkel neem ik het ervan; nieuwe werkschoenen, nog maar een rol thyleen voor de reservewaterleiding, brokjes voor kat en hond (zakken a 15 kilo), eco aanmaakblokjes en mijn oog valt op flesjes vitamine voor pluimvee. Dat geef ik regelmatig en dit is twee keer goedkoper als bij de dierenarts terwijl de flesjes drie keer meer inhoud hebben. Ik bestudeer het etiket en mijn wakkere oog valt op de houdbaarheidsdatum, oh la la, al 6 weken verstreken. Brutalen hebben de halve wereld? Kom ik ergens als ik beschaafd en bescheiden blijf zijn? Nee dus en ik doe een grappige gooi bij de kassa voor het flesje gratis. De bedrijfsleider scheldt de halve winkel bij elkaar dat dat nog steeds in de schappen staat. Met andere woorden, hij staat een beetje voor schut, denkt na terwijl hij een mailtje schrijft naar een leverancier om voor mij een nieuw handzaagje te vinden dat aan mijn klimharnas past, om daarna te besluiten me de fles vitamines mee te geven voor nop met een scheer naar de meid naast hem dat ik toch maar een handig zakenvrouwtje ben. Inwendig schiet ik in een deuk, ik en zakelijk zijn twee wel heel verschillende dingen. Denk ik nog rond half 11 deze ochtend.
Met zenuwen in het lijf omdat ik bang ben teveel gebluft te hebben op de offerte voor de es die ik wil snoeien, parkeer ik bij de dierenarts, altijd plek en geen gezeik met stadsgast-olie-leveranciers. Even loop ik het arbeidsbureau binnen voor het uitprinten van wat documenten. Het is wat veel, dit keer neem ik me voor netjes te betalen voor de stapel prints. Het mag weer niet en Geraldine met een elfjesachtig voorkomen vraagt me even te gaan zitten. Ze pakt mijn prospectus erbij, de flyer die ik maakte en daar ophing. Ze ratelt vlot Frans en ik vang twee woorden op 'Centre Presse' en 'journalist'. Ik loop gelijk rood aan en het leed is geschied, ik ga zweten. Dat snelle zweet, van de stress, positief of negatief, stinkt, mag u weten. U, als lezer, heeft er toch geen last van. De journalist van dit lokale veel gelezen (flut)krantje wil een artikel schrijven over de plaatselijke boomverzorg(st)er en de voor mij makkelijkste contactinformatie. Ik stel Geraldine voor eerst maar eens de klus rond te krijgen, die al op zijn grondvesten schudt na het zo bot te woord gestaan zijn door mevrouw. Tijdens het printen staat de beste man opeens voor me en u mag weten; hoe flut zo'n krant ook op me overkomt, het zou het summum zijn en goede reclame voor een vak waarvan het bestaan hier niet bekend is. Ook al kunnen we het werk misschien niet aan, ja heb ik, nee kan ik geven, n'est pas? Ik beloof hem te bellen, voor een primeurtje volgende week.
Ik koop voor de schrik maar een appelbeignet en breng de groeten over aan de vrouw van de beignet- en farcouxbakker en eet mijn beignet op het randje van de pui van de bank, in de ochtendzon, waar ik tig keer wat mensen begroet. Het leven is mooi, nu, vandaag. Ik bestel mijn gratis café au lait en neem plaats, als enige, op het terras in het zonnetje dat me het zicht op het toch altijd lieflijke markt tafereel ontneemt. De bomenklant in de bistro komt met verschrikte ogen op me af en laat zijn kroegmaten even staan om zijn excuses te maken voor het brute gedrag van zijn vrouw aan de telefoon. Het is al goed beste man, wij nemen de telefoon niet eens op als we niet weten wie het is en toegegeven; mijn telefoonFrans is uitermate belabberd na 4 jaar. Ze zijn van het slag 'kastje-muur', want hij zou me bellen, wat hij niet deed, en nu ik hem tref stuurt hij me naar buiten om zijn vrouw te zoeken op de markt om het weer met haar op te nemen. 'Ammehoela' denk ik. Ze komt maar naar mij. Het is hun boom, hun dakrand die al jaren niet is vrijgemaakt van die woekerende klimmer. Ik zit nog niet koud op de plastic terrasstoel of daar verschijnt mevrouw met timide pas. Ik schenk haar mijn onveranderlijke, onaantastbare lach die vele al deed smelten. Ook met zonnebril lijkt het of ze door het stof zou willen kruipen, vele excuses, 'dacht dat je weer zo'n ergerlijke verkoper was. Maar kunnen we even over je offerte praten? Het is me te duur. Kan ik contant betalen? Dat maakt het zo'n 200 euro goedkoper?' Praten kan altijd met mij, ben de lulligste niet. Ik pak er een lege pagina in mijn agenda bij, een pen en reken uit voor haar neus waar de zonnebril stevig op blijft zitten, dat mijn prijs niet gebaseerd is op 35% belasting, maar op kennis en techniek, 2 personen, materiaal en andere onkosten die los staan van het belastingstelsel. Ze heeft geluk, maar dat weet ze zelf nog niet. Nadine liet 2 jaar geleden een 2e offerte maken door een bedrijf voor het snoeien van haar Lindebomen. Ik ben nog steeds stukken goedkoper, want zelfstandig ondernemer die voor haar collega c.q. buddy maar 2 tientjes per uur vraagt. Dat kan een groter bedrijf niet evenaren. De enige concurrentie zit te ver weg, die reiskosten worden gewoon berekent en ik ben creatief (ondernemer). Ik doe haar een voorstel. Per uur zal ik rekenen. Dan snoei ik de es wat minder laag, besteed ik minder tijd aan het afvangen van grote brokken, neem ik minder risico, zijn we sneller klaar en kan ik de dakrand ook nog even meenemen. Iedereen tevreden en natuurlijk mevrouw; u mag in twee keer betalen. Concessies doen op basis van redelijkheid. Dat wat ik kan, kan een curator in Nederland dus niet! Ze gaat nog akkoord ook, ik heb de klus en een artikel in de krant, zij hebben een schone dakrand en meer licht in de tuin. Zaterdag dus, interview op de koop toe. Het zal mij benieuwen. Of ik de kas onder de es weet te sparen. Of ik geen stuk es op de punten van het hek laat vallen. Maar zeker of mevrouw na gedane arbeid nu eindelijk begrijpt dat ik geen veredelde tuinjuffer ben die viooltjes poot en wat mest uitstrooi. Ben toch zakelijker dan gedacht.
Nadine schiet later vuur dat mevrouw klaagt over de prijs, ze zal zeker op haar inpraten op een geschikt moment. Een vriendin van het gezin eet mee vandaag. Ze eet traag, ze kletst, gezellig. Ik heb mijn dag en kan dus bijna alles volgen. Geen TV2, nee, koffie en een gauloise en gezellig babbelen. Ze kent onze stek. Sliep er zelfs wat nachten toen het door de vorige eigenaar werd opgeknapt, als kleine meid mocht ze in mijn kamer slapen. Het huis had toen nog geen elektriciteit en zij was nog een kleine meid, kent verhalen over hoe slecht het pad was, hoe zwaar het was juist hier een zwembad aan te leggen met de daarop volgende vraag of wij nog dat zwembad hebben. Ja natuurlijk, voor de was en opslag van balken en bruikbaar ijzer.
Na de maaltijd nog even naar de computerzaak. Een man die perfect Engels spreekt en helemaal opfleurt als ik met een lastige vraag kom die ik alleen in het Engels uit kan leggen. Ook weer een verlegen computernerd met teveel extra zitvlees dat ook naar zijn buikstreek is verplaatst en de regio voorziet in iets 'moderns' en mijn flyers uitprintte voor een appel en een ei. 
De dag is van mij, de zon staat aan mijn kant en ook bij vrouwtje Ravelac gaat het er gemoedelijk toe. IJskonijn is er nog niet, maar die komt luid babbelend binnen terwijl ik boven de badkamer onderhanden neem. Ze heeft nul op rekest gekregen van het arbeidsbureau om me bij haar zus 2 uurtjes schoon te laten maken. Nee, er moet voor die twee uur een nieuw contract gemaakt worden. Ach, dan hebben de dames daar ook weer wat extra werk om handen. Ik vraag IJskonijn om een aanhangertje mest, de berg achter de moestuin doet vermoeden dat ze wel wat kunnen missen. Maar zo'n aanhanger die je hier achter tractoren ziet, passen niet achter de Rode. Ook dat regelen M&M dan wel te zijner tijd. Ondanks dat ik niet hoef te strijken maar in 60 minuten de eerste etage moet zuigen, de badkamer en die vieze plee moet doen, blijft de dag de mijne.
Op het bospad, in de laatste bocht voor 'thuis', kan ik meneer de burgemeester nog net ontwijken in het grijze pukkeltje van zijn vrouw. Ik zie het te laat, de voorruit van kleine auto's spiegelen zo, anders had ik een praatje gemaakt. Ik denk nog dat hij even aanwipte bij Marc, dus laat ik mijn voet van het rempedaal. Mijn dag was al te vol, en te intens. Meneer de burgemeester, u mag een donderdag overslaan. Thuis tref ik Lief aan in zak en as. Ik lees zijn briefje aan mij, over wat er die dag door zijn hoofd spookt. Het liegt er niet om. En zo, deel ik mijn dag met hem, samen de helft van een goede dag, maar een dag gewoon, zoals ie zijn moet. Een drukke donderdag met volle overgave.

woensdag 27 februari 2013

agenda

Einde zomer 2012 kocht ik een agenda. Zo'n heus boekje met iedere dag een eigen pagina, een week-overzicht en scheurhoekjes met dubbelop, een lintje. De eerste maanden staat er bijna op iedere pagina wel iets wat ik moet doen, wil gaan doen of te regelen heb. De maanden november tot en met nu waren leeg, ik vergat de hoekjes eraf te scheuren en het lint bleef steken op 3 november tussen lege pagina's. Alsof ik vakantie had en niets te doen al die maanden. Alsof het een leeg leventje betreft met niets anders aan het hoofd dan wat rommelen met hout, spelen met bamboe, knuffelen met katten en het wandelen met de hond.
Nu wil ik nog wel een idee fixe over het leven op het alles behalve platte land van Frankrijk om zeep helpen. Namelijk dat het leven niet altijd maar door gaat, 24/7. Dat je ook hier 4 seizoenen kunt tellen, zichtbaar door het vallend blad, de sneeuw en de regen, de lentebloemen en orchideeën en het oorverdovende getjilp van krekels.
Voor mensen kent deze regio maar 2 seizoenen, namelijk winter en zomer. Ze duren beide 6 maanden en de overgang vindt plaats 30 april en 31 oktober. Ook al schijnt de lentezon hier al goed, het blijft winter met 's nachts nog -10, de leidingen kunnen nog bevriezen, het bospad voelt nog geen wandelschoenen en vrolijke dagjesmensen, de markt wordt alleen nog maar gevormd door de doorgewinterde kooplui met vis, groenten, brood, warme paella en een mutsen, truien, jassen en vesten-kraam terwijl ik altijd een groot gedeelte van de locals mis op de markt, omdat ze thuis bij het schouwvuur zo weinig energie verbruiken om warm de lente te halen. Er zijn geen dorpsfeesten, geen brocanterieën, geen leuke extra markten met lokale producten, restaurants en hotels zijn dicht evenals de kleine spa. Het wintersportgebied is net even te ver weg als de wegen tenminste begaanbaar zijn. Dat waren ze afgelopen maanden wel, maar als het niet nodig is, ga je de weg niet op. Niet iedere bocht heeft hier nette vangrails en het is vroeg donker. De meeste mensen gaan met de kippen op stok, lijkt het, gezien de gesloten luiken, de geur en rook van houtkachels en de lege wegen.
Maar verhip, die dagen lengen al. Tijdens de kortste dagen eten we rond 7 uur 's avonds een boterham, die na ruim 3 maanden vriezer wel een beetje droog worden, maar hun smaak niet verliezen. 
Nu moet Marc me iedere middag rond 6 uur buiten zoeken en blijft hij er bij staan met een zeurende blik van 'kom nou'. Dan wil hij volgens het winterritme douchen, eten, aan de pc-slag. Ik niet. Liefst met geen stok. Het is zo lekker in de zon. Het is zo heerlijk troep te stoken, beetje te snoeien hier en daar, klimop en bramen weg te halen van de vele muurtjes om het huis en bijgebouwen. Het is zo heerlijk, buiten. En het binnenwerk? Ik vergeet het. Nee, duw het weg naar ergens in mijn achterhoofd, 'k heb er geen zin in. Ook niet in bloggen, of schrijven, of VW-werk. Zelfs 's ochtends wil ik niet meer rustig wakker worden.
Lentekriebels dus. Want ik maak dingen schoon die ik anders nooit schoon maak. Ik ruim rommel op die ik normaal rustig bijna een jaar laat liggen en ik scheur 4 maanden hoekjes uit dat donkere boekje, die schoolagenda voor meisjes gezien de hartjes en bakvissenreclames tussen de maanden in. Zelfs zie ik me genoodzaakt nieuwe afspraken erin te zetten, de datum dat de spa weer open gaat, een extra schoonmaakklusje voor Parijzenaars die hun huis komen luchten, twee verjaardagen die ik niet vergeten wil en speciale boodschappen. Drukdrukdruk, lijkt het. Maar ik weet wel beter. 'Drukdrukdruk' is het pas vanaf 1 mei! De agenda hier is 6 maanden op, 6 maanden af. Daar wen je aan, of niet, ik vind het ideaal. Mijn hele energiehuishouding is er op ingesteld.

Deze ochtend wilde ik alleen even bij Marc gaan kijken die met overbelaste polsen en knieën toch een eik klein wil krijgen. Hij velde hem, beetje per ongeluk, tijdens volle maan. Nooit meer doen, zo zegt de eik-in-stukken. Want het gevaarte laat zich niet kloven. Zelfs de kleine stukken en takken niet, ook niet met drie wigjes. Het is een veldslag op het bospad. Stamstukken van normaal een meter hoog zijn met moeite met de grote kettingzaag in 3-en gezaagt en nog onkloofbaar, wraak der natuur zullen we maar zeggen. De zon is ongenadig voor hoofdpijn gevoelige mensen. Of ik dus even een pet wil halen voor de reeds bezonnebrilde man die daar zichzelf af staat te beulen. We hebben nog geen paadje naar het huis gemaakt, nog geen snelle doorsteek door de bramenbende heen om even snel naar het huis te klauteren, dus loop ik om, gewoon via de oprit een 150 meter verderop.
Ook doe ik de rugtasjes van Castel vullen met camera, handschoenen en snoeischaar, naast de pet. Ik freubel nog een ijzerdraadje, een haakje dat in de verlengde takkenzaag past. Dit om de telefoonkabel op te hangen aan een vork in een eik, want de heren bospadonderhoud hebben een cruciale paal in de bocht van het ravijn scheef gedrukt. De kabel ligt bijna op de grond en om nu te wachten op de heren om die paal weer recht te trekken zonder dat de kabel breekt, dat zien we nu juist niet zitten gezien de lompigheid waarmee zulke gasten hun werk doen; met de ogen half gesloten mijmerend over de 'pot au feu' van vanavond. Terwijl Lief verder ploetert, rijd ik de Rode vlak langs het ravijn tot naast die enorme eik in het ravijn waarvan de top begint ter hoogte van het bospad en zaag het vorkje vrij staande op het dak, zodat ik die kabel erop kan hangen. Weer een zorg minder, want als ze dan komen maaien, met een maaibalk -dat is een bak met draaiende kettingen onder en achter een rode flap van zeildoek-, zie ik de bui al hangen dat die kabel aan flarden gaat net als het schapenhek dat te veel begroeid was door brem, braam en heide.
Zo zouden de Fransen dit probleem ook zelf oplossen, de boeren hier zijn net zo inventief als dat wij nog moeten worden. 4 Jaar geleden zou ik denken 'maar dat kan toch niet'. Nu; 'tuurlijk kan dat'. De coating van de kabel is sterker dan lentebast van een eik, die groeit wel met de kabel mee. Dus na het ophangen van de kabel aan een levende (zij)paal neem ik toch de snoeischaar ter hand om het schapenhek, waarvan we een meter of 300 hebben staan, vrij te knippen. Van braam natuurlijk. Energie en zin te over, kom handen te kort.


En omdat ik het niet laten kon, weer foto's van dat kattengebroed. De twee ukken dachten de ochtendzon binnen te mogen genieten. Na de korte sessie, want die beesten zitten nooit langer stil dan een halve seconde zolang de sluitertijd duurt, mochten moesten ze naar buiten. 


dinsdag 26 februari 2013

de natuur is lief


Rugzakjes

Onze hond is een waakhond. Al doet ze zich voor als vriend van iedereen. Sommige mensen moet ze niet, vooral vreemde mannen. Dan blaft ze anders, zakt met het achterlijf in een gespannen verdedigingshouding en dat kleine gecoupeerde restje staart veegt de grond van de oprit niet aan. Maar een ieder ander kan rekenen op een uitgelaten blije hond, die haar staart er zowat af kwispelt en met die typische hondenogen zegt dat er natuurlijk gespeeld en gewandeld gaat worden. Vaak heeft ze pech, want de postbode moet werken, gasten met een hond hebben meer te doen met het in het oog houden van hun eigen viervoeter of moeten zorgen dat die van hun de boel niet over neemt hier, want Castel is aan alles en iedereen onderdanig. Soms op de kippen na, die pakt ze rustig in de bek om ze tot de orde te roepen. Wandelen doen we bijna dagelijks met haar, kilometers maken die zij vervijfvoudigd. 's Zomers gaat er altijd een tas mee. Voor iets om op te zitten en poedelvoeten mee af te drogen, of het zweet. Een fles water, fruit of voor kleding in te doen waar het na een 100 meter te warm voor is. Als we de helling op moeten om te werken, is ze altijd van de partij, ze wijst je de weg en komt steeds even kijken 'waar we nou blijven'. 'Loop nou eens door' hoor je haar denken. Maar dat gestuntel op hellingen met gereedschap valt niet mee.
Zondag hebben we gekeken of ze de wil heeft om mee te werken. Bomen de helling optrekken gaat met een 50 meter kabel en zware kettingen die de puinhelling op en af moeten. Marc op de piste, ik die puinhelling af met spullen. Toch maar die twee scheve eiken geveld die secuur moesten vallen om andere bomen-met-potentie te sparen. Dan weet Castel precies dat ze op het pad moet blijven, maar daarna volgt ze klauteraars op de voet. De kabel gaan halen is ook zo wat, dus bonden we die aan de halsband van Castel en moedigden haar aan de steile helling met scherpe stenen af te klauteren om me de kabel te bezorgen. Dat deed ze twee keer goed, maar met veel moeite, ze is de extra last nog niet gewend en vindt 'iets aan d'r lijf' maar niks. Toch zet ze door, al loopt ze stiekem weg als ze Marc de kabel de derde keer op ziet rapen van het bospad. Ze wil oh zo graag wat doen, maar is ontpoot, ze kan geen zaag of kloofbijl hanteren natuurlijk.
Daar vonden we twee weken terug een oplossing voor; een hondenrugzak. Waarom niet? Zij wil wel en ons lijkt het ideaal voor tijdens klussen in het bos of tijdens wandelingen. Het ding komt uit Amerika, in Frankrijk kosten ze het dubbele, zo gezegd zo besteld.

Tijdens de afwas in het aangebouwde keukentje aan de achterkant van het huis hoor ik Castel te keer gaan op de oprit. Ze is beter als een deurbel, daar schrik ik altijd zo van. Met de theedoek over de schouder schiet ik in mijn slippers en loop achter haar aan terwijl zij de oprit al een keer of drie op en neer heeft gerend, al blaffend. Een wit busje staat achter het hek geparkeerd, de wat vadsige losbol van een chauffeur durft wel net om het hek heen het terrein op te lopen en roept vragend mijn naam van een afstand. Castel kijkt even om naar mij hoe ik reageer. Een lach, dus kan ze verder kwispelen en stoppen met blaffen. Het is haar rugzakje, ik ben benieuwd. 

Ze vind het uitermate vreemd, zo'n ding om haar lijf. De tassen zijn uit 1 stuk en zitten haaks om het klittenband van het harnas. Ik haal ze er maar even af zodat ze aan het harnas kan wennen. Een paar minuutjes maar, ze durft niet te lopen, voelt zich vast gebonden. Ach goshie. Hondenkoekjes doen wonderen, maar de tassen laat ik even binnen. Voor als ze net zo draaft en springt met harnas als zonder. Trainen en oefenen en de eerste lading is links en rechts een rol wc-papier. Maar we weten zeker als ze er eenmaal aan gewend is, dat het verantwoordelijkheidsgevoel ervan af straalt. Onze snelle sterke meid!

maandag 25 februari 2013

Volle maan

Onvermoeibaar. Het is weer zover. Vlak voor de maanstonde verzet ik weer een berg werk waar je 'U' tegen zegt. Even twee bomen geveld vandaag. Drie in stukjes in totaal. Morgen uitladen. Een winkeltje gehuurd in Cloudparty, wel ja. 01:20 uur, 25 februari. Oh jee, broer is jarig. Morgen even bellen. Nee, zo meteen, na wat uurtjes slapen. Ik 'overlas' mijn log van gisteren. Waarheid, ook de dag erna. Dan is het morgen ook waar, en vandaag, 25 februari, goede log dus. Merlin komt in me kruipen, spinnend beertje. Ik stuurde de waarheid-log eens door aan Lief, iets wat ik zelden doe. Hij is er blij mee, iets dat nog zeldzamer is als Lief die zich aan mijn waarheid conformeert. Typisch, het schept een extra waarde aan mijn waarheid, dat hij mijn waarheid op waarde schat. Ach, genoeg daarover. Het is waar, rond volle maan ben ik niet te stuiten, niet te harden, niet te remmen. ook niet door port, liefde of gemarineerd konijn.

zaterdag 23 februari 2013

de Waarheid

Een aparte log weer. Een moeilijke ook. Over de waarheid. Wiens waarheid? De uwe of de mijne? Of die van ons allemaal? Wat is waarheid? Ik bestelde er ergens vorig jaar een boekje over en liet het bij mijn penvriend bezorgen. Voor als hij de tijd zou hebben het eens door te kijken. Jan Bor schreef het, naar aanleiding van zijn studie filosofie. Jan kwam er namelijk achter, zijn waarheid, dat als je de waarheid gaat zoeken, gaat leren over wat nou waar is, of juist niet, dat je er niet achter komt. Misschien je eigen waarheid vindt, maar is dat dan waar? En ook na die studie filosofie bleef hij met dezelfde vraag zitten; Wat is waarheid? En dat vraagteken erachter is net zo waar als de vraag zelf, tevens onbeantwoord.
Ook ik zoek me suf lieve lezers. Naar mijn eigen waarheid. Al levende op de rand van de snelle gangbare maatschappij in het zogenoemd vrije westen. U mag weten; ik heb de waarheid niet in pacht. Nog niet eens mijn eigen waarheid, laat staan die van grote dingen zoals een stoel een zitvlak of zetel schijnt te zijn op één of meerdere poten. Want in andere culturen is een steen een stoel, een kratje en hier op het Franse platteland in het bos een stuk hout, al dan niet met zacht mos begroeit. Als het nat is buiten is het geen stoel, als het droog is het een luxe zetel. Zo ziet u maar, die waarheid is voor velerlei uitleg vatbaar. Of ik dus dat boek van Jan Bor nodig heb mijn eigen waarheid te ontdekken valt te bezien. Wat ik al wel weet is dat mijn waarheid niet eenduidend is, al helemaal niet overdraagbaar en zelfs aan verandering onderhevig.
Vele discussies met Lief later, wetende dat er nog vele zullen volgen, begin ik een heel klein spectrum te ontdekken van zijn waarheid. Die zo anders is, zo klinkend klaar, dat er niets aan veranderd kan worden. Een punt is een punt. Rood is gewoon rood, een streep eronder is een duidelijke streep eronder. Dat zie je toch? Dat rood rood is, een streep een streep en een punt is een punt. Of ie nou op een i staat, achter een zin of een lichtgevende ster is met een naam, de punt is en blijft een punt en daar valt niet over te discussiëren.
Ook ben ik ervan beticht hier op mijn weblog de waarheid te verdraaien. Iets dat Lief me ook wel eens verwijt en er zich vreselijk over op kan winden. Verdraai ik zijn waarheid of zet ik de mijne naast de zijne waardoor die van hem er verdraaid uitziet? Geen idee. Dat ik de waarheid op mijn weblog verdraai komt waarschijnlijk tot stand doordat ik de wereld bezie door mijn ogen die de wereld aanschouwen volgens mijn waarheid. Daar heb je hem weer; de uwe of de mijne? In mijn ogen vertel ik u mijn waarheid. Dat sommige onder u die waarheid als klinkklare onzin beschouwen en u daarmee vasthoudt aan uw waarheid is volledig aan u. Daar blijf ik vanaf, alhoewel het jammer is dat die waarheid zo'n vaststaand feit is, zo resoluut, zo van één zijde. Maar dat zal dan wel weer op één lijn liggen met een zekere definitie van de waarheid. (Erg leuk en subjectief is het lezen van de wikipedia definitie van 'waarheid'; http://nl.wikipedia.org/wiki/Waarheid) Of op dezelfde lijn als de mijne, want die blijkt veranderlijk zolang mijn waarheid nog niet resoluut is.

Ik worstel met mijn waarheid over de liefde. Dit thema van mij is u niet vreemd na afgelopen jaar. Mijn zo blijkbaar onwrikbare voorbeeld van de liefde die ik meekreeg van mijn ouders blijkt niet zo stevig als dat ik dacht. Er zitten wat hiaten in, of condities, het is maar hoe je het bekijkt met eigen waarheid. Na wat jaren op de rand, los van het hectische leven in een overvolle maatschappij, voel en ben ik eindelijk wat vrijer mijn eigen waarheid te scheppen met betrekking tot de waarheid aangaande de liefde. Is deze wel zo onconditioneel als dat iedereen beweert dat deze zou moeten zijn? En wie bepaalt dat? Ik zelf toch zeker? Annet, die ik afgelopen donderdag even sprak in de schrale zonnestralen op het kerkpleintje bij haar door de Franse zon verbleekte 2CV, noemde het pas juste dat ik alles regel. Dat ik er alleen op uit ga om alles te regelen. Daar ook op doelend dat ik een bedrijf startte, dat 10 maanden duurde door de Franse bureaucratie, om maar een gezondheidsverzekering te hebben voor de (on)gevalletje 'what if'. (Een verzekering die ik met zeggen en schrijven één keer heb gebruikt voor een consult aan de huisarts dat zonder verzekering 22 euro kost.) Pas juste dat ik voor de tigste keer naar de garage rijd om een stootblokje te regelen dat onder de Rode uit gevallen is en het chassis beschermd als er met zware lading over een bospad gereden moet worden. Pas juste dat ik altijd de boodschappen doe en voor de sociale contacten zorg die ik nodig zeg te hebben. Mijn waarheid, want ik wil een plaatselijk sociaal netwerk. Ik wil wit werken voor de kost. Ik wil Franse vrienden, want ik hecht waarde aan dit alles en voldoet aan mijn idee over de waarheid die inherent is aan het leven op het Franse platteland als Nederlandse. Ook pas juste dat ik vorige zomer hier alleen doorbracht, verwend door vele vrienden en hulp van locals. Al was het het beste dat me kon overkomen en naar waarheid omtrent mijn liefde voor mezelf en voor Lief, waar; hij had zijn tijd en ruimte nodig. Maar pas juste voor het merendeel van de mensen die het weten.
Wat nou pas juste? Voor mij en voor Lief apart was het juist, en waar, klopte het, de beslissing en de gevolgen, het traject wat daaruit volgde, waar we nu zijn samen. En toch blijft het voor mij voelen als liefde die het stempel pas juste blijft houden. Ik vraag me af hoe dit komt? Want ratio zegt dat het goed is, dat het klopt. Toch blijven mijn andere delen roepen dat er iets niet klopt. Maar die andere delen zijn gevormd door; ook weer; anderen. Die anderen zijn ook media, cliché's. Liefde is...-praat. Commerciele Valentijnsdag-waanzin, verouderde opvattingen, gevat in conditie's en voorwaarden. Dat past de liefde toch niet? En Lief maar op me inpraten; 'volg je hart', 'wat is jouw waarheid?', 'waar voel jij je prettig bij?', 'wat wil jij?'... Ook hij heeft makkelijk praten. Zijn waarheid is al decennia dezelfde. Gebaseerd op zijn ervaring, zijn weten. Ik ben al blij dat hij mijn onderbuikgevoel bevestigt door te zeggen dat in zijn waarheid hij een geliefd mens is, geliefd door benoembare echte mensen, ook al ziet of spreekt hij ze niet en is er één bij waarmee hij leeft; c'est moi!
Alle stiekeme wensen die ik koester, juist met betrekking tot die liefde tussen Lief en mij, blijken gebaseerd op wat de Liefde Is... posters pretenderen dat Liefde Is. Raar toch, dat zijn nou juist condities die geschapen worden waaraan de liefde zou moeten voldoen? Ik worstel, maar zal ooit wel boven komen. Ik hou van lief, dat is genoeg. En vraag me niet waarom. Vraag me nog niet naar mijn waarheid. Daar heb ik nog vele jaren voor nodig. En boekjes. En vraagtekens.
Geen zachte heelmeesters zullen het liefdevolle klusje klaren. Maar gewoon leven, in liefde.

Soms is het jammer, dat er niet één waarheid bestaat. Het zou het leven met andere mensen een stuk makkelijker maken. Vrij van eindeloze discussies over, jawel; de waarheid. Het boek van Jan Bor is nog niet gelezen en doorgestuurd door mijn penvriend. En dat is misschien maar goed ook. Dan laat ik me niet de waarheid lezen als was het een les die ik nog leren moet. Het laat me mijn eigen waarheid scheppen die hetzelfde waarheidsgehalte heeft als die van Lief. En de uwe en die van Jan Bor en Penvriend en vele anderen, die de liefde bezitten zoals u en ik!

http://naturerunswild.com/wil-je-wel-de-waarheid.php
Om volledig en naar waarheid anderen bij name te noemen, het boekje van Jan Bor heet 'Wat is wijsheid'. ISBN;9035137019.

vrijdag 22 februari 2013

even in het kort

In het kort vandaag;
Een nadeel van zo geisoleerd wonen; één weg afgesloten betekent een omleiding van een 50 kilometer a 1 minuut per kilometer! Uiteraard met de Rode voor de maandboodschappen wat inhoudt; geen domdom of kaart en dus dwalen over de schitterende hoogvlakten met toch de irritatie dat ik een 50 minuten van de dag missen moet. Ik was dus pas in de middag terug van het ergerlijke maandboodschappen doen minus 250 euro. De zon schijnt maar het is ijzig koud. Katten hebben een vacht, die zetten we buiten.
 Marc werkt hard aan de extra waterleiding vanuit het ravijn naar een hoger gelegen plateau voor als de bron  's zomers maar matig water wil geven, een gift blijft het. En in de moestuin verplaatst hij een 400 kilo zanderige grond per dag, emmertje voor emmertje. Met de autobanden krijgen we toch stevige muren, trapjes en warme vocht vasthoudende plantvakjes.
 Deze avond pannenkoeken met spek, vergezeld van een wijntje (of 4) en heel hard, snoeihard, harder dan hard 1fm 241005club2 mix via de Harman Kardon om daarna wat lui te wezen in een zekere virtuele wereld gedurende 'happy hour'.
U hoeft het niet te snappen vanavond. Als ik het maar snap. Dat het genieten is, is zeker. Vraag maar aan Castel. Die kreeg de lever en de kop van een konijn dat ik goedkoop kon kopen in de super en waarvan het lijfje in de wijn ligt te marineren voor morgen.

donderdag 21 februari 2013

Donderdagbeleving; XII


Zoals gebruikelijk leeg ik alle kleine prullebakjes in een huisvuilzak waar een verschrikkelijke rottingsgeur uit komt. Wat dat nou precies veroorzaakt wil ik op de vroege stralende ochtend niet weten. Gauw dicht die zak en achterin de Rode voor weer wat regelzaken, een boodschapje bij de blozende fantast van de RAGT die altijd warrig en verstrooid oogt zodra ik de sensor van de schuifdeuren activeer, naar de bank waar ik als klant voor de zoveelste keer de manager het schaamrood op de kaken bezorg doordat ik hem uit moet leggen hoe hij data in moet voeren voor een transactie tussen rekening M&M in Frankrijk naar rekening M&M in Nederland. De stagiaire, een jonge lieftallige brunette met een truitje aan dat zo uit een Parijse boetiek lijkt te komen, wordt plompverloren alleen gelaten bij de receptie, maar laat zich als stagiaire niet met een kluitje het riet insturen. Ze komt er gewoon bijstaan en leunt bevallig over het bureau van de manager. Dat ontlokt hem een zacht maar lieflijk compliment dat ik hardop bevestig. Terstond gaat de printer ratelen en is mijn transactie erdoor, hiep hiep, dat ging eens vlotter dan normaal. U mag weten dat meneer Fournal altijd erg nerveus wordt van 'buitenlandse' klanten die altijd met moeilijke vragen komen. Marion, een doorgewinterde meid die Engels sprak en ons altijd voor de voeten en haar bos hout kreeg, is vertrokken naar een ander filiaal. Meneer heeft nu dus geen Engels sprekende onderdanen meer om die lastige vreemdelingen aan toe te wijzen.
De zon doet erg zijn best enige vrolijkheid te verspreiden, maar de ijzige wind steekt er een koud stokje voor, terwijl het Cantal gebergte in de verte er nog wel een tijdje uit zal zien als wintersport gebied. Zo hoog zijn die bergen niet, de winter is nog niet voorbij, maar je ziet iedereen er naar hunkeren. Annet loop ik tegen het lijf. Een Duitse die hier al meer dan 35 jaar woont en sinds een paar jaar een erg leuke B&B heeft naast het gemeentehuis. 'Dat ze me al zo lang niet gezien heeft'. Toch vertoef ik iedere week een paar uur bij haar overburen. Daar bel ik één keer aan om de grote deurklopper om te draaien die ook als deurklink dienst doet en loop maar verder, gauw de warmte in om op de stoel naast een enorme gietijzeren radiateur te gaan zitten. Met het krantje van gisteren waar melding wordt gemaakt van de 5e ontvoering van Fransen in Afrika. Mali, Nigeria, Niger, rampgebieden waar 'toeristen', een gezin dit keer, ontvoerd zijn. Met als enig spoor een  lege terreinauto verzakt in de modder. Nieuws dat snel geen nieuws meer is. Er gebeurd dagelijks zoveel en men vindt het toch belangrijker dat er brood op de plank ligt en de kou sneller weg trekt dan dat de winter duurt.
Het ruikt naar alles behalve vis in huis. Geen garnaaltjes in een schaal op tafel, geen vis dus! Vleesch noch visch, maar kip vandaag in een licht sausje van champions en olijfjes met wilde rijst en brood. 'Wijntje Martine'? Vraagt JP. Graag monsieur le Docteur, grap ik met moeite mee. Mijn hoofd staat niet zo naar lol. Dat kan, en dat mag. Ik hoef me hier niet welkom te voelen. Ik heb niet altijd meer zin om daar twee uur te zitten en zo zullen zij ook wel eens geen zin in me hebben, maar ik ben er gewoon. Gewoon zijn is erg prettig. En zoals gewoonlijk is er na het fruit als dessert koffie, een rokertje, de kruiswoordraadsels uit het lokale nieuwsblad, nieuws en achtergronden op TV2. Nog meer nieuws dus en ik probeer het wat te volgen, terwijl me opvalt dat zo'n 90% van de journalisten, presentatrices en 'spokesmen' dames zijn. Behalve bij de politie te Parijs waar vanochtend vroeg tijdens de start van de ochtendspits op de periferique interieur een ongeval plaats vond met 4 slachtoffers, allen politieagenten. Twee zijn er overleden, de andere twee zwaar gewond door een broekie van 22 jaar die stomdronken en zonder rijbewijs lekker aan het scheuren was en 'zomaar' de periferique opscheurde zonder op of om te kijken. Het mannetje had nog geen pleister nodig en zodoende was dit ongeval zo tragisch dat het als 'belangrijker' werd gebracht dan het ontvoerde gezin van 6 met oom in centraal Afrika. Onacceptabel vond een hoofdofficier van politie het ongeval. Is dat niet altijd na een tragische gebeurtenis die niet voorkomen had kunnen worden door de maatschappij die we met elkaar vormen? Met allemaal een stukje eigen vrijheid en verantwoordelijkheid? Helaas een jong ventje die een man genoemd wordt en die verantwoordelijkheid nou net niet dragen kon.
(Ik kijk even terug naar mezelf zo'n 17 jaar geleden; een kind was ik. Ik kon nog niet eens keuzes maken... oops)
Na mijn portie 'nieuws' wil ik naar de oudjes Ravelac, want ik word weinig wijzer van die felle decors achter een eeuwig vriendelijk ogende presentatrice en de alles prikkelende jingles en snelle beelden tussendoor. Maar daar wacht me hetzelfde; Het ijskonijn is in gesprek aan de telefoon, de hond blaft me een iets wat wantrouwig welkom, mevrouw Ravelac roept me gedag alsof ik licht doof ben en daar staat ook al de TV aan, kakofonie in een landelijk gekkenhuis. Ijskonijn trekt zich even terug in de bijkeuken om haar gesprek uit te zitten en mevrouw Ravelac hangt over de krant gebogen terwijl ze zonder bril op me voorleest hoe koud het komende week gaat worden. Ik knik naar de TV en kijk haar aan. Ze rolt haar ogen ten hemel waar een bruinig schrootjesplafond ons het zicht op die hemel ontneemt, maar alles zegt terwijl ze benadrukt dat het alleen maar reclames zijn tegenwoordig. Ik lach haar toe en vertel haar dat we geen TV hebben. Dat die reclames voor artikelen waar we niks aan hebben en hier ook niet bruikbaar en verkrijgbaar zijn, ons voorkomen als onzin. Zonde van de tijd ook, om daarnaar te gaan zitten kijken. Terwijl ik mezelf uit weet te drukken komt ijskonijn uit de bijkeuken en roept verbaasd en vragend uit hoe je kunt leven zonder TV. Heel eenvoudig dus, beter geen dan twee, zoiets. En dat wekelijkse portie nieuws bij mijn vrienden? Dat lijkt weinig meerwaarde te hebben dan het delen van een rook- en koffiemoment dat er ook wekelijks wel wordt gedeeld zonder TV.
Ik durf gerust te stellen dat ik in een nieuwsvrije zone leef, in de luwte van de pers die een veel te grote en negatieve sturende invloed heeft op de maatschappij. Want leuk en verrijkend nieuws komt me zelden toe, niet via die kijkbuis en niet via de kranten. Rob Wijnberg schreef hier een zeer goed boek over; De Nieuwsfabriek. Met recht een aanrader als u ook vaak het nieuws tot u neemt en er een vraagteken bij durft te plaatsen.

woensdag 20 februari 2013

ff 'toppen'

Ik ben geen bakker van zoete broodjes. Mijn broden zijn stevige broden waar je een dag op kunt werken, ook al eet ik 's avonds twee sneetjes in plaats van als ontbijt en lunch zoals de Nederlandse cultuur 'voorschrijft'. Ik ben ook geen bioloog of kattenfluisteraar, al lijkt het er soms een beetje op. Ik ben ook geen schrijfster, al zou ik dat wel willen zijn. Ik heb maar één vak geleerd, als laatbloeier; ik ben een boomverzorger, door sommige ook wel boomknuffelaar genoemd, vroeger boomchirurg maar dit woord is in onbruik, we opereren namelijk niet. Ik schaar me niet achter Prinses Irene die staande op de grond bomen omhelst en met ze praat. Tuurlijk praat ik met bomen, maar dat gaat op een rationele nogal masculine wijze; die tak mot eraf voor je eigen bestwil, rang-rang (<-- geluid aantrekken kettingzaag), zagen zagen wiede wiede wagen, kraak, knars, zoeffff, plof, tak weg.
Lief en ik vonden vorig jaar dat de buiten-eco-douche toch al snel weer is afgekoeld. Dit doordat er twee flinke acacia's de hoogte in mochten afgelopen 30 jaar om veel zon te vangen dat de leidingen van die douche op het zwembaddak koud laat. Het is fijn om buiten te kunnen douchen en na een dagje zweten en ploeteren willen we geen lauwe douche, maar een lekkere douche. Dus die twee bomen moeten getopt, de kroon eraf. Beide volledig omgeven door klimop, uiteraard de verwilderde versie met doorns waar je akelig van wordt, op de takken zelf mag u weten. (Eén zo'n doorn aanraken betekent dat de scherpste 2mm diep in je huid doordringen en daar blijven zitten om er uit te zweren. Op grijpvlakken van je vingers zeker geen pretje, want je kunt niets pakken zonder een pijnscheut te voelen en anders het geklop van het zweertje. Een pincet heeft geen zin; de doorns zitten een millimeter onder je opperhuid verstopt en zijn zo vaak zelfs onzichtbaar. Ik ga altijd met een speld en een koplampje er rustig voor zitten en peur net zo lang tot ik hem eruit gefriemeld heb.)
Ik heb gewacht op mooi weer zodat de schors met mos droog is en het terrein eronder enigszins begaanbaar voor grondbuddy Marc. Maar gisteren had ik er dan de moed voor; Spullen pakken, zaag nakijken en tandjes vijlen en eerst naar de top voor een veilig anker.  Ik moet eerlijk toegeven; mijn materiaal is op z'n zachtst gezegd brak. De kleine Echo kettingzaag heeft eigenlijk al teveel meegemaakt. De kettingbreuk van laatst heeft in het inwendige zijn sporen nagelaten, maar toch lijkt het kleintje nog wel opgewassen tegen het echte werk. Mijn klimsporen zijn voor de beginneling. Dat ben ik ergens nog wel, maar die dingen snoeren mijn kuiten in en je krijgt er letterlijk zeebenen van. Die klimsporen hebben scherpe punten aan de binnenkanten van je enkels, dus is het voorzichtig klimmen, anders zitten die vlijmscherpe ijzeren punten in je kuiten of erger; je klimlijnen. Erger? hoor ik u denken? Ja, liever een gat in mijn kuit, dan een klimlijn aan barrels waar mijn leven aan hangt. Mijn harnas was te groot, zoals mijn zaagbroek. Zulke materialen worden niet voor de peervorm van dames gemaakt. Misschien in de States waar ze, inclusief shipping, net zo duur zijn als een maand boodschappen. Ik liet het harnas verkleinen door Nadine, die dat supergoed gedaan heeft. Maar de D-ringen op dat harnas waar mijn werk-zekering aan bevestigd is, zijn verschoven naar mijn rug, nierhoogte, juist daar waar ik maar op gevoel die musketon aan moet klikken, lastig en niet jedat! Dan de schoenen waarmee ik al jaren doe; Meindles met zaagbeveiliging wat ze meer dan 1500 gram per stuk maakt. Samen met zoveel kilo lijn, harnas en kettingzaag sjouw ik mezelf omhoog en van tak naar tak. En ja hoor, ik ben geen handig licht viervoetig aapje met sterke krulstaart, voel me eerder een olifant die zich niet als Peaches uit Ice-Age in de bomen voort beweegt.









Toch krijg ik het voor elkaar om in twee korte middagen die twee acacia's te toppen, 'kort te zetten' zoals dat heet. M'n grondbuddy hoef ik niks meer uit te leggen, die kiest het hazenpad zodra ik mijn zaagje aantrek. Ik vraag hem vaak om advies, welke tak of tot hoever er nog een stamstuk af mag, voor het eindbeeld vanaf de grond, dat kan ik natuurlijk niet zien terwijl ik me net staande weet te houden op klimsporen op een grove bast. Het is een mooi vak, een prachtvak. En elke keer als er weer zo'n grotere bomenklus voor me is ben ik zenuwachtig. Denk ik tig keer de klim-topografie door, waar natuurlijk niks van terecht komt eenmaal in die boom. Maar elke keer als ik dan daar bovenin aan het zwengelen ben en me ervan verzeker dat ik echt dubbelgoed vastzit om de kleine moordmachine het werk te laten doen, geniet ik. Van het werk zelf, het kunnen, het denken aan de trainingstijd, de cursus die ik deed met enkele groten der bomenaarde, het uitzicht en dan zucht ik vaak even. Want die verouderde beginneling-materialen die brachten me toch maar naar dat hoogtepunt. Een uniek punt.
En toch gaan de eerste verdiensten van bomen verzorgen die ik dit jaar hier ga doen naar een nieuw harnas met mijn maat en fijne lichte werkschoenen. Dan wordt het nog leuker... en lichter!
Ik ben geen routineuze boomverzorger, zal mijn vakgenoten ook nooit te snel af kunnen zijn. Maar het maakt me een bedachtzame verzorger die van beroepsdeformatie weinig last zal krijgen. Ik klim en werk nog steeds als groen blaadje in het vak. Laat dat nou perfect zijn voor hier in de regio waar ze een mannelijke boomverzorger al een wonder vinden.

zondag 17 februari 2013

Traditioneel Broodbak Arrangement

Belangrijke UPDATE

*****************************************************************************
Seizoen 2013
Traditioneel Broodbakken in Frankrijk
Op het Franse platteland een eeuwen oud gebruik; Brood bakken en andere bereidingen in een traditionele broodoven, gemaakt van stenen uit de omringende natuur. 
Brood staat al een 6 millennia symbool voor verbroedering, leven en als waardevol geschenk en betaalmiddel. 
Voor het vierde seizoen zullen M&M u weer van harte welkom heten deze typische Franse traditie met u te delen. Door mee te helpen raakt u vertrouwd met alle in's en out's van het brood bakken met de hand en leert u pizza's maken zonder pakjes en zakjes. Ingrediënten zijn biologisch en anders van de lokale winkeliers en de markt.


 

Programma;
Start tussen 7:00 en 7:30u met het aansteken van de oven & het kneden van deeg.
's Ochtends het klaarmaken van pizzadeeg en vulling voor op de pizza's, deeg kneden, broden afwegen en te rijzen leggen bij de oven, uw pizza maken.
Lunch rond 13:00u; uw eigen samen gestelde pizza, een wijntje, vruchtensap of 'transparant goud' en salade.
's Middags het bakken van de broden, het naar het huis dragen van de broden en verpakken voor in de vriezer. Klaarmaken van cakedeeg of eventueel andere lekkernijen die gebraden dienen te worden gedurende de avond. Eventueel wat opruim- en schoonmaakwerkzaamheden tussendoor.
In de namiddag is er een korte rustpauze terwijl de cakes in de oven garen. U kunt dan even uitrusten op de terrassen in de schaduw of een dutje doen in de koele kamers van het huis, een wandeling maken naar het meer of nog een wijntje of biertje achterover slaan. Daarna is het opruimen en schoonmaken van de bakvormen en bakplaten, de kneedruimte en materialen gebruikt voor het deeg en de pizza's. 
's Avonds wordt er brood en cake gesnoept en gegeten, melk of wederom wijn is aan u. Om de avond te besluiten met een goed kampvuur en afzakkertje.

Gelegenheid tot overnachten is aanwezig, maar beperkt. Campings en andere overnachtings-mogelijkheden in de regio zijn volop aanwezig. 
Kosten voor dit arrangement exclusief overnachting; 
125 euro per persoon.
Kosten voor dit arrangement inclusief overnachting met ontbijt; 
175 euro per persoon.


Mocht u dit arrangement uit willen breiden met BushCrafting? Dat kan. 
Ons terrein en omgeving is hier uitermate geschikt voor. Er worden in dit geval geen extra kosten in rekening gebracht voor uw verblijf op het terrein. Ook het gebruik van 'transparant goud' is onbeperkt en gratis.
Wilt u langer blijven en gebruik maken van één van onze kamers of een kampeerplek (0-sterren) met keurige faciliteiten (sanitair, ontbijt, maaltijden), dan dient u rekening te houden met extra kosten tussen de 20 en 50 euro per persoon per nacht. Ons terrein is helaas niet toegankelijk voor caravans en campers!!

Reserveren; Ruim een maand van te voren. 
Geplande bakdagen in April, Juli/Augustus en September/Oktober
Per bakdag is er plek voor 6 personen.
*********************************************************************************


Nu lijkt dit een grapje. Maar dat is het niet. Elke keer dat wij met elkaar een broodbakdag hadden, hebben we het betreurd dat we maar samen waren. Niet omdat het zo hard werken is. Dat zijn we wel gewend. Maar het delen van deze traditie die we samen weer nieuw leven inbliezen, verhoogd de feestelijke vreugde. Het brood blijft zijn smaak behouden, al lag het een drie maanden in de vriezer. De pizza's die we bakken tijdens de lunch op deze bakdagen zijn ongeëvenaard en doen niet onder voor een pizzeria-met-ster. En elke keer dat we broodbakken nodigen we mensen uit die helaas niet kunnen, er wordt hier door de locals ook gewoon gewerkt en niet alleen van maandag tot en met vrijdag.
Vanochtend was het stralend weer, het was een goede bakdag geweest met net de goede temperatuur in de zon voor het laten rijzen van de broden. Maar helaas; geen enkel bosje brem, dat is er niet van gekomen door veel regen en sneeuw. Ik roep Marc uit de moestuin die er bezig is van autobanden beplantbare muren te bouwen en wat trapjes. De warme chocomelk met kruiden, mokken en wat crackers, snoeischaren, touw, een mesje en handschoenen zijn ingeladen en Castel mag mee. De piste op richting de gehuchten op het plateau, binnendoor, waar de bermen hier en daar vol staan met jonge bremstruiken die gebruikt worden om broodovens te stoken. Deze opgeboste struiken branden kort en snel, geven erg veel warmte af die het stenen gewelf in de oven verhitten en laten nauwelijks kooltjes na die het brood een rokerig aroma kunnen geven of de korst verbranden. Gewoon hout of dikkere takken branden te lang, er gaat veel warmte verloren of de broden krijgen een zwarte korst.
Links onderin de achterkant van de broodoven omringd door bramen en .... brem!

Maar om de oven heet te stoken en er 5 of meer keer op één dag brood, pizza, cakes en meer in te bakken vergt minstens 65 bossen brem. Dit kost een uur of 6 knippen, opbossen en thuis uitladen, te drogen zetten en om de paar weken keren. Het is veel voorbereidend werk, wat het eten van brood, pizza en cake dan weer heel speciaal maakt. (Even los gezien van het inkopen doen, meel bestellen en jagen op verse gist en het schoon maken van de oven.) Niet te vergelijken met gekocht brood en zo de moeite waard dit met andere mensen te doen, te delen en ervan te genieten. Zo mijmerde ik vanochtend tijdens het krijgen van enkele blaren op mijn vingers na een uurtje of wat stugge brem knippen over een tekst voor een arrangement om deze happening beschikbaar te maken voor geïnteresseerden. 

vrijdag 15 februari 2013

plaatjes kijken, een log van niks

Deze vrijdagavond lekker rommelen achter de internetgestuurde kijkbuis. Afgelopen maanden verzamelde ik wat plaatjes die ik even wilde bewaren, om de boodschap -voor zover ze die hebben- niet te vergeten. Als ik ze hier publiceer kan ik ook mijn desktop opruimen, weg met die bestandjes, als ik ze zoek staan ze hier. Dus ik zal u niet vermoeien met brabbelpraat en belevenissen. Alleen die 'plaatjes'....

 Ik ben geen schildpad hoor, echt niet!

Bovenstaande zou ik sommige 'small minds' wel eens onder de neus willen duwen, maar alleen op die momenten dat mijn mind iets groter is als small, het kan veranderlijk zijn moet ik bekennen. 

 .



 gniffel :-)))

Soms heb ik het over 'intentie', Lao Tzu noemt het Gedachten, Woorden, Handelingen, Gewoonten, Karakter en je Lot. 

Toepasbaar op alle zorgen die je hebt..... 

.

Transparant Goud


In het toegezonden leesvoer viel mijn oog op een artikel over de grondprijzen in Nederland. Deze prijzen gezien door de ogen van twee fotografen die in strak pak wat plaggen hadden uitgestoken en deze hebben gefotografeerd met de prijs per vierkante meter erbij. Daarnaast gaf ik vorige week antwoord op de vragende veronderstelling waarom land in Frankrijk zo duur kan zijn. Deze persoon zocht een stukje land voor recreatiedoeleinden en het laten grazen van paarden en kwam na lang zoeken niet uit onder de 30 duizend euro voor 3 hectare of minder. Zonder huis of bouwvergunning, wat ook niet de bedoeling was, maar dan toch zoveel geld.
Er zijn wat feiten die de prijs van grond bepalen. Op het platteland van Frankrijk net even wat anders als in het volle Nederland. In Nederland draait het om; economische waarde. Niet de maatschappelijke of ecologische waarde. Hoeveel brengt die vierkante meter op door middel van een x aantal etages, bedrijven en wat voor bedrijven die met weinig ruimte bijvoorbeeld veel geld genereren. Ergens logisch maar contra alles waar 'men' zich zorgen om maakt, diezelfde aarde waar we per vierkante meter een prijslabel aan kunnen hangen. (Ik moet erbij zeggen; de uitgestoken plaggen kwamen allemaal uit Amsterdam e.o.) Hier op het platteland gaat het ook om de economische waarde, maar dat heeft een grens. Hier komt erbij; recht van overpad, pachtrecht, waarde als jachtgebied, waarde voor landbouw en of veeteelt, aanwezigheid van water, bomen voor brandstof, bereikbaarheid, bestemmingsplan, ik zal nog wel wat bepalende zaken vergeten zijn.
Eén vierkante meter grond aan de Parnassusweg te Amsterdam kost een luttele 1400 euro, 1 m2, één! Ik ben gelijk gaan rekenen, voor de grap natuurlijk;
Ons huis in Nederland staat op een fantastische locatie en op een perceel van 10.000m2. Ik laat me verleiden door het huis en de tuin te verplaatsen naar die Parnassusweg, waarde van het spul zou dan 14 miljoen zijn! Reken je rijk, ik kan er goed in zijn. Dit natuurlijk crisis inclusief, dat artikel is van januari dit jaar. Nog een stapje verder; ik bereken de waarde van onze 14 hectare schuine berghelling met gemengd bos, een huis en bijgebouwen, vruchtgebruik van een bron, prima bereikbaarheid -tot de oprit en geen meter verder-, een bergbeek, een meer c.q. rivier, fruitbomen en een notenboom en nog meer waardebepalende zaken, want we hebben hier een bedrijf dat we uit zouden kunnen breiden met allerlei winstgevende activiteiten in verschillende sectoren. Waarde van het spul volgens dezelfde rekenformule is 196 miljoen. Ik schiet in een deuk en word er triest van op hetzelfde moment, want beide zijn momenteel onverkoopbaar. De vermoedelijke waarde van het huis in Nederland is geschat op onder de 6 ton, minder als de helft als in het jaar 2000, en deze bijzondere plek met net zoveel potentie alleen afgelegen, doet nog geen 2 ton. Goud zonder goud, geen zwart goud, maar groen goud zonder de waarde van die staven die veilig liggen opgeborgen achter 3 meter dikke stalen muren en deuren. Nee, het gaat echt goed met de mensen en 'hun' aarde. De wetenschap is al zover gevorderd dat 'we' nog steeds denken dat we op deze voet wel door kunnen gaan. We melken de aarde leeg, want het aanvullen door middel van gras voeren doen we het niet. Zelf blijken we ook een melkkoe tot aan de hoogste inkomens toe, ik heb het even niet over uitzonderingen.

Een voorbeeld;
Woonhuizen niet aangesloten op het riool moeten een septic tank hebben. Ons riool is een buis die uit het huis steekt, een stuk ingegraven is en onder het bamboebos op de helling uit komt, open en bloot. Alleen op extreem warme dagen kun je ons biologisch afval ruiken als je er vlak onderdoor loopt, op het kleine paadje. Altijd veel bloemen daar en een keur aan paddenstoelen, bomen, grassen, varens en struiken. Maar geen septic tank. We zouden niet weten hoe we zo'n gevaarte van plastic in moeten graven in een steile haast ontoegankelijke rotsige helling in een ravijn, daar waar geen breed pad te maken is en al zeker geen enorm gat. De boetes voor het niet hebben van een goedgekeurde door een erkend bedrijf geïnstalleerde septic tank liegen er niet om. Beetje pech, want de installatie kunnen we niet betalen en de boete al helemaal niet. Dat ons afval bio is en door een bamboebos loopt dat erg goed zuivert, doet er niet eens toe. Wat moet dat moet en van enige redelijkheid is echt geen sprake. Beetje nadenken ook niet, dat moet je echt aan de overheid overlaten. Als de controleurs komen zijn we de pineut, de melkkoe en een probleem rijker.
Ik mag er niet over beginnen hier in huize Natuur. Dat is de intentie verkeerd richten en vraagt om die controleurs en bijkomende problematiek. Maar Tien is geen struisvogel en kan niet voorbij gaan aan de waanzin van de waarde van het hedendaagse goud.


Groen goud, zwart goud, echt goud en alle kleuren daar tussenin, ik denk dat we de waarde niet helemaal meer zuiver in kunnen schatten. Als een kluit aarde al een waarde als groen goud krijgt toebedeeld, is het wachten op het water dat transparant goud genoemd kan worden. Ik denk dat ik maar vast een bedrijfsplannetje op ga stellen voor het uitbaten van onze bron; loepzuiver schoon drinkwater dat de aarde zomaar prijsgeeft met ons als 'eigenaars'. Het heeft economisch gezien meer waarde dan die utopische 196 miljoen! U kunt vast lid worden van mijn watervoorzieningsbedrijf, wees de eerste. Ik lijk best duur met mijn berekende 5 euro en 5 centimes per liter puur bronwater, maar u moet het bezien vanuit de al reeds aangekondigde tekorten van het drinkwater. Net als dat groene goud, en dat zwarte of echt goud; Nu verkrijgbaar in Europa; Transparant Goud!

donderdag 14 februari 2013

Wet Black Cat


Halverwege de avond, Lief doet een online spelletje en ik zit te patiencen na 4 dagen geen internet, komt Sooty naar boven. Ze loopt wat vreemd, wast zich -op zich heel normaal-, maar loopt ook zo raar. Tijdens het langs mijn stoel lopen steek ik mijn hand uit om haar rug te strelen, mispoes. Kletsnat, dus regent het buiten? Ik loop haar achterna en Marc voelt even buiten met uitgestrekte arm, 'het is droog hoor' zegt hij. Dus is Sooty per ongeluk gaan badderen, in een bronbak gevallen of de ketel met zijn iele rand. Ze is door en door, zelfs de vacht op haar buik nog niet volledig aangegroeid na de sterilisatie, arm ding. Ik wikkel het natte ranke zachte maar koude dier in een poezenhanddoek en wrijf haar droog op het randje van de schouw waar 's winters het vuur nooit ontbreekt. Ze is niet zo knuffelig, maar ze lijkt de kluts door het snelle bad volledig kwijt te zijn. Versuft en geschrokken laat ze het zich allemaal welgevallen en ik staar weer in het vuur terwijl mijn handen wrijven. Net als gisterenavond na een uurtje stevig van repliek gediend krijgen over mijn afhankelijkheid met tijdens een afkick-periode veel symptomen die op een echte cold-turkey doen lijken. Als het natte katje in mijn armen ben ik nog te versuft om weer 'lekker aan het werk te gaan' tijdens de donkere uren buiten. Wil ik niet schrijven of werken in de VW's, het staat me tegen, weg is het inzicht en de rust, retourné de idioterie van de wereld zoals Lief het definieert. Het liefst ziet hij me eerder 3 jaar geleden al gestopt zijn met bloggen dan 'als dat vervloekte internet het weer doet'. 'Dan ben je er niet'. Klopt, schrijven is werken, het levert alleen nog niets op dat traceerbaar is op een bankafschrift, daar heeft hij helemaal gelijk in. Maar oefening baart kunst en enig geduld, iets dat hem nu juist weer volkomen vreemd is. Als het niet snel tot resultaat of een zeker succes leidt, krijgt het het stempel zin- & waardeloos en is de kous af en de punt erachter gezet. Deze natte kat moet eerst even opdrogen en bedenken in hoeverre haar verzorger en partner gelijk heeft of juist niet. Het in de wind slaan van liefdevol gegeven repliek kost me nog steeds erg veel moeite, want we hebben beide vaak gelijk. Gelijkwaardig, vaak, maar niet altijd. Of we nu 24/7 op elkaars lip zitten of niet.

Donderdagbeleving XI

We zitten uit te buiken, JP met pijpje, Nadine en ik met een sigaret, alle drie een beker koffie na de garnalen, vis met rijst en fruit toe. Ze zien m'n wat radeloze stress. Ik mis mijn voeding naast de heerlijkheid van een koud nat bemodderd terrein in de stilte en de generositeit van de natuur met katten die te 'lijden' hebben van lente-perikelen en de vogels in de vroege ochtend. Door het gebrek aan internet en telefoon word ik geconfronteerd met het grote enige verschil tussen Lief en mij, daar waar de M&M in tekort schiet. Toch een misschien groot gat in onze essentie, eng en bedreigend om daarvan bewust te worden. Maar wel goed, meten is weten, het bewijs geleverd en toch gaan we door, gesteund en verrijkt door de wetenschap dat er nu eenmaal gemis is dat niet op een andere manier gecompenseerd kan worden. Het leven ontdaan van iedere invloed van buitenaf, terstond hebben we met elkaar van doen. We kunnen -weer- niet even meer vluchten in ons werk, ontspanning, de wereld. Het grootste nadeel van internet en sociale netwerken, virtuele werelden, briefwisselingen; ze maken ons afhankelijk van waardering van anderen, van buiten de M&M eenheid zoals wij die als uniek ervaren, eigen en van ons. Dan blijft de waardering voor elkaar over, die schijnt tekort te schieten, wat me enorm kan frustreren, een excuus voor mijn chagrijn.
Mijn slaapgebrek bewijst zich door het bijna overhoop rijden van een argeloze wandelaar in een hoofdstraat van de marktstad terwijl ik in z'n achteruit deze straat door moet om te kunnen keren. Er is geen parkeerplek meer over en moet zo zeulen met boodschappen en een tas 'laptop' van bijna of meer dan 6 kilo, het oude bakkie. Hier, tijdens die donderdagmiddag waar ik een 2,5 uur spendeer om mezelf te kunnen zijn als huisvriend van de doktersfamilie, kom ik tot mezelf. Een verslavend iets, dat internet, het is net of ik eindelijk mijn shotje dope krijg al halverwege de cold-turkey van afgelopen 3,5 dag. Ik kan hier m'n 'mauvais humeur' laten zien zoals ie is, maar moet wel gefrustreerd achter het toetsenbord kruipen en een aantal crashes slikken. Voor het eten zoek ik diagonaal en snel een ruime 300 mails uit, even niet te accuraat. (Als ik dus een berichtje van iemand 'kwijt' ben, hoort het bij het inzicht van het gebrek zelf. Voor mijn gevoel word ik wel steeds rijker naarmate ik meer verlies. <--- bij deze 'geclaimde one-liner ;-)
En ik krijg het hier voor elkaar om te schrijven, terwijl de TV aan staat, Nadine en haar zoon zitten te lezen en JP naar het nieuws en achtergronden kijkt op TV2. Nog nooit zoveel afleiding, maar toch ook comfort en realiteit, die andere realiteit daar 'boven'  bij Nadine en haar familie. Het is een ander thuis wat me in de schoot is geworpen, anders zou ik hier ook niet kunnen schrijven in plaats van thuis in de veiligheid die ergens een factor van schijn blijkt te hebben zodra mijn passie me ontnomen worden; schrijven en delen. Een dualiteit in een persoonlijke keuze van dat verrekte ego dat in me huizen kan.
We hebben nu drie keer gebeld met FT/Orange en wederom de toezegging dat er voor het weekend iets gedaan is. Veel werk door de sneeuw... Ok, ok, de leidingen zijn allemaal bovengronds in de rotsgrond met bos, daarboven, hier, ligt er wel wat, maar de wegen zijn al schoon en 4 dagen is te lang voor jullie prestigieuze beloften aan het volk voor glasfiber voor het hele land komende 10 jaar. Oh la la, La Douce! Wat kun je toch 'op je kop krijgen' als je de moedige stap waagt een rigoureuze zwieper aan je leven te geven. Oei, ik groei.
Zo meteen naar de super voor de zware spullen, tijdens midi is het weer zo goed als leeg op straat om mevrouw Ravelac losjes te groeten en met of zonder ijskonijn me te wijden aan het strijken van zakdoeken en broeken met sjieke vouw.

wordt vervolgd


(Geen strijk; stofzuigen en die wc...)

bezinning en rust


Vrijdag gingen we op visite. Bijpraten met een vriend, zijn nieuwe vriendin leren kennen. Kaasfondue, iets dat ik nog nooit op heb, leek me te zwaar. Door Asterix & Obelix ‘De Helvetiers’ moest ik aan stokslagen denken of eindigen in het meer met een steen aan de voeten, als je je stukje brood in de kaas laat vallen. De moddersporen van schoenen op de planken vloeren zijn nog voor het fonduen opgedroogd. Of ik ze even tussen de voegen wil vegen, dankzij een clubje Polen die veel te ruime spleten tussen de planken,  die met een berg truien en een zekere hoeveelheid bouwmachines ervan door zijn gegaan. Stigmatiserend? Nee, de waarheid, helaas. Met de eco-voegen de stille veranderlijke getuigen. Zo zit ik nog als laatste de restjes kaas uit de pan te vissen met het laatste brood terwijl we gezellig doorpimpelen, lachen en de tortelduifjes van de andere kant van de tafel zien. Het praten, muziek luisteren, eten, drinken en roken gaat tot 3 uur in de nacht door. Dan is het tijd om naar de logeerkamer te vertrekken, één van de gites met eigen ingang, dus buitenom. Een project van jaren en ondanks dat het geen plastische chirurg is met een aan de wijn verslaafde depressieve echtgenoot, moet ik toch in een flits ook terug denken aan De Verbouwing van Saskia Noort, zo’n verbouwing die te lang duurt en te veel te lijden heeft onder het dagelijks leven van liefde en zijn.  Hun modderzooi is al even erg als de onze, de slaapkamer net zo koud als thuis en ik heb een schapendeken nodig om het warm genoeg te hebben in slaap te vallen, ondanks het gepimpel. 
Zaterdagmiddag komen we thuis, licht katerig, beetje brak. We zijn eens uit onze strakke structuur gestapt, dat verfrist, ondanks het brakke. De kop vol met wat ik zag en voelde en we hebben zodoende weer wat om over te praten. Ik doe vier pogingen te schrijven over ons fijne uitje, hebben genoten en toch blijft er een brokje achter dat me zorgen baart. Ik krijg het niet ‘op papier’ en laat het los. Verder proberen we de hemel droog te krijgen, wat alleen vrijdag lukte, juist een dag dat we weg gaan. De sneeuw en de dooi, slushpuppy die het terrein nog meer verandert in een modderpoel. De 4x4’s moeten in z’n laag om van het terrein af te komen, was moet binnen aan de lijn –bukken!- en we schieten wortel op de bureaustoelen. Met frisse moed kijken we uit naar een gewone maandag, alles open en iedereen bereikbaar.
Dus niet; geen internet. De eerste dag gaat dat nog. Is het prettig om gedwongen te worden een dag de tijd te nemen de systemen schoon te maken, te defragmenteren, schijfcontroles uit te voeren, alle harde schijven te bekijken op eventueel vrije ruimte, maar weer eens opnieuw opstarten en een grootse back-up te plannen op de externe harde schijf, die natuurlijk ook vol staat met verouderde bestanden. Van bedrijven die al twee keer failliet zijn, of opgedoekt, of overgenomen.
Maar vanochtend nog voor ik mijn ogen open deed ging er iets gruwelijks mis in de bovenkamer van deze ras-optimist. Nu ben ik al niet zo sterk de eerste uren van de dag, maar al blij dat ik van mijn ochtendhumeur af ben dat vele van mijn dagen voor de helft aanvrat als een gezwel dat ’s ochtends doorettert om ’s middags na te gloeien. Ons keukentje is een aangebouwd pijpenlaatje, dat ‘koud’ dwars op de muur is geplaatst en een bijna open verbinding heeft met mijn slaapkamer. Mijn bed staat er boven c.q. naast. Ik hoor er alles, van gefluister tot een vallend deksel van de ketel waar we koffie- en theewater mee zetten.  Ook het legen van de spoelbak, of nog twee verdiepingen lager; een stortbak van een toilet dat stuk is en na het doortrekken door blijft lopen. Nu ligt dat natuurlijk aan mij dat ik van die goede oren heb. Ik hoor tenslotte ook gloeilampen branden, het uitzenden van de sonar van vleermuizen of het gezoem van de verwarmingspomp die in de schuur achter de ketel hangt. Vanochtend, ik schrijf dinsdag 12 februari, de dag dat mijn moeder 65 jaar geleden het levenslicht zag, vanochtend hoorde ik met gesloten ogen, Sooty op mijn voeteinde en nog lekker warm onder de wol in de frisse kamer, een hartgrondig ‘KUT’ in de keuken.  Daar gaan ras-optimists haren van overeind staan, al liggen ze plat tegen mijn oor gedrukt met aan de andere zijde een door de nacht verdicht kussen. Nee, niet goed, de dag zou wel eens onveranderlijk ‘kut’ kunnen worden, zoals die begon zo fijnzinnig aangekondigd door Lief. De reden van zijn onbehoorlijke uitroep op de vroege ochtend krijg ik niet losgepeuterd later aan de koffie.
Nog een dag zonder internet, de eens zo snelle vakkundige service is blijkbaar ook niet al te best wakker geworden, ik bel voor de tweede maal Orange, voorheen France-Telecom. (Ik kan de naamswijzigingen niet meer volgen.) En wederom luister ik geduldig naar de haast onverstaanbare vrouwenstem die de indruk moet wekken dat er een degelijk opgeleid persoon aan de lijn is in plaats van de pratende computer. Normaal hoor ik nog dat ik ‘etoile’ of ‘dieze’ in moet typen voor het vervolg menu of een heuse medewerker van vlees en bloed. Maar ik moet een woord intypen met 1 toets, of zoiets. De verbinding met ons prepaid mobieltje is net te zwak om het signaal goed te houden en er zit niets anders op na de eerste bak koffie me dik aan te kleden en met reeds half bevroren vingers buiten te gaan staan waar het geluid uit dat kleine telefoontje weer overstemd wordt door het gebulder van het stuwmeer. Ik probeer me nog staande te houden als optimist; lekker rustig zonder internet, ik heb oog en tijd voor andere ook belangrijke klussen, de systemen zijn schoon en gelukkig; we hebben tenminste elektriciteit. Zonder kunnen we de houtkachel niet stoken, hebben we geen warme douche en kan die prepaid telefoon ook niet opgeladen worden om enige storingsdienst te bellen. Maar geïrriteerd als ik al was, verergert zo’n computer zowat alles dat ik oppik. Terug naar bed is geen optie, dan hoor ik alsnog die pomp draaien en het gefoeter van Lief die denkt dat het aan hem ligt terwijl hij altijd al foeterend door het leven gaat, al staat dat meestal volledig los van mij.
Vanaf het moment dat mijn geslacht op ordinaire wijze als vloek wordt aangeroepen terwijl ik nog lig te slapen heeft tot gevolg dat ik uitermate chagrijnig ben en alles dat me irriteert op de grote ijsberg projecteer. Ik ben het lontje aan een bom, het ding zit me vandaag als gegoten, zo’n jack met zakken op de borst en op de rug gevuld met TNT en veel, heel erg veel gekleurde dropveters. Op afstand bedienbaar met een ontsteking die werkt op, hoe kan het ook anders; prikkels van buitenaf. Zonder het afleidend en mij wat sociaal houdend internet, zie ik alles dat in mijn directe omgeving niet door de mijn beugel kan past. Van die zaken waar ik met internet draaiend op de achtergrond mijn schouders over op kan halen en verder ga met mijn ding al is dat een kippenhok uitmesten of hout sjouwen en met mijn lekke kaplaarzen door de modder moet ploegen om halverwege in een drol van onze zo lieve en aanhankelijke viervoeter te trappen.  Ik doe een poging de kleinste kettingzaag op te knappen. Na een kettingbreuk vorige week, het erg in hebben deze te laten repareren en vast een nieuwe te kopen en eerst de halve schuur begane grond + werkbank schoon te maken.  Met liefde en gevoel zorg ik voor al het machine onderhoud, schoonmaken, ook van binnen, nakijken, invetten en zeker die kettingzagen zijn als gevaarlijke kindjes waar we afhankelijk van zijn. Als bekroning op het vieze werk in een ijskoude schuur met slecht licht mag ik die machines dan weer in elkaar zetten en draai ik een proefje op hout-in-de-buurt. Maar de gerepareerde ketting is verder verziekt dan gedacht en ik vermoed dat Lief voor de zoveelste keer de kettingbreuk uit het niets liet komen, verzwijgend dat hij geprobeerd heeft graniet, thyleen of prikkeldraadbomen te vellen. Ook het zaagblad lijkt deuken, bramen en een loszittend deel te hebben. Pissig, oh nee, nog chagrijniger maakt het me. Dan de nieuwe ketting er maar op, slim zeg, dat ik die gelijk kocht. Maar meneer van de RAGT, die altijd gaat blozen als ik daar spullen kom halen, heeft waarschijnlijk met hoogrode oren en een niet nader te noemen voorondergestelde opwinding die nieuwe ketting op maat gemaakt. Met het oude zojuist gerepareerde voorbeeld er naast. Ik mis een 4 cm aan de nieuwe ketting. Zaag dus onbruikbaar voor een dag of 9, want we gaan dus niet alleen voor een ketting naar ‘boven’, footprint, weet u nog? Ik ben een orde-dier, ik moet orde om me heen hebben, ik wil opgeruimde spullen kunnen pakken voor ze gevonden moeten worden. Lief is er geen ster in, die klust op een bovenkamer en haalt de inhoud van de schuur gewoon naar binnen en vraagt dan aan mij of ik sleuteltje nummer 10 weer eens gebruikt heb. Nu ga ik daar al een jaar of wat niet meer op in, maar vandaag moet ik mijn best doen om er geen slagveld van irritaties van te maken. Met bijeengeraapte zin ga ik koken en komt Lief bij me kijken wat ik aan het fabriceren ben. Meer om mij te peilen dan om het niveau kokend water in de pan met aardappels te controleren, want ik heb de hele ochtend nog geen woord gesproken. Ik trek de woorden uit mijn tenen om op timide en vriendelijke wijze te zeggen dat ik op z’n zachtst gezegd zeer chagrijnig ben en of met liefde en handschoentjes vertroeteld moet worden of dat het in het andere geval beter is een eindje uit mijn buurt te blijven. Juist door de duidelijke woorden die ik sprak hangend boven een pannetje geurende spinazie laat hij vandaag de suggestieve opmerkingen achterwege. Van die opmerkingen waarvan hij denkt altijd een flinke dauw tegengas te krijgen, waar ik normaliter intrap of hem gewoon gelijk geef om er het mijne van te blijven denken.
Prikkels van buitenaf zijn vandaag funest voor de huiselijke en wereldvrede. Intentie reist ver mag u weten. U mag van geluk spreken dat u verschoond blijft van enig schrijfsel op deze dag, het komt er allemaal pinniger uit als gewoonlijk en dit terwijl er niet één emotie aan ten grondslag ligt. Ik ben chagrijnig en heb er vele redenen voor, geef me de dag…
Door gebrek aan de wereld die via internet deze gesloten enclave binnen dringt, valt me alles op dat ik normaal altijd door de vingers zie. De vele kleine dingen waar alleen ik erg in schijn te hebben, maar me wel licht verweten wordt als ik het eens vergeet. De troep op de zijkamer dat een project lijkt te worden a la een grote oude boerderij verbouwen tot een wooneenheid en 10 gites. Ondanks de aanhoudende regen en sneeuw was de kracht van een 3D ontwerp in opdracht voor klinkende munt ergens eind dit jaar toch belangrijker als een degelijke logeer- annex werkkamer. Het gebrek aan machine-onderhoud terwijl Lief ze wel stiekem ‘sloopt’ en vervanging best veel geld kost, een volgende doorn in het internetloze oog.
En hoelang zou het eigenlijk duren voor er een vriend of ouder een sms-je stuurt met de vraag of we nog leven, bij uitblijven van ook maar een enkel signaal via het world wide web?  Om mezelf dan maar met poezelige liefde wat te verzachten op deze uitzonderlijke dag waarin ikzelf niets heel laat van mijn zo overvloedige hoeveelheid optimisme, pak ik kettingzaag maat M in de revisie. Op een inmiddels opgeruimde schoongemaakte werkbank en een brandende ketel die ik toch heb aangestoken, ondanks het gebrek aan hout als het niet vlot gaat lenteren.
Volgende irritatie; mijn echtgenoot zoeken. Als de hond thuis is en er één of meerdere kettingzagen ontbreken is hij zagen, uiteraard. Maar waar? Ik vind hem op de piste, vlakbij huis waar het wandelpad begint met het verse bordje ‘verboden voor gemotoriseerd verkeer’, de sporen van cross-motoren en quads nog vers in de natte rotsgrond. Niet beneden bij de rivier of verderop waar we nog meer eiken willen zagen. Hij heeft een eik ‘omgelegd’, zo miesmeulen we vaak samen en stellen ons voor dat die eik een stropdas droeg. Hij heeft de kloofbijl er vroeg bij neergelegd, zijn lijf is moe. Samen die stammen kloven en inladen lukt hem nog wel, dus met wederom frisse tegenzin steek ik de handen uit de mouwen terwijl katertje DQ denkt dat het leuk is om onder de al zwiepende kloofbijl door te rennen, maf beest. Die kat volgt je overal, al doe je de 10 kilometer en komen er wat vreemde auto’s langs met honden. Boeit hem niet en nieuwsgierig probeert hij in de auto van Roger te springen die met ons een praatje maakt terwijl ik de heren laat zien dat ik kan kloven.  Ik doe een moedige poging korte metten te maken met de chagrijn. Met de on-zin van deze dag. Die stammen motten klein, en de auto in. De grappende mannen mogen even door grappen, ik hak door, maar het haalt weinig uit.
Uiteraard hoort ‘je extra zorgen maken’, zuchten en steunen en een lichte motorische stoornis ook bij deze dag. Ik kan niet bij een meeting online zijn, ik mis mijn medebloggers, Elly, zuster Klivia, de zeer getalenteerde en wat maffe blogster op Kreta, en nog wat anderen, ze inspireren me. Ik mis mijn penvriend, die al een anderhalve week op zijn manier verstek laat gaan. Niks voor hem, maar waarschijnlijk wil hij me wat sparen voor extra input om mijn hersens over te breken. Ik ben nog net op tijd om hem te bedanken voor toegestuurd leesvoer in moerstaal, net voor ons uitje van vorige week, per email natuurlijk. Zijn geest is die nog van een jonge hond, maar dat lijf niet meer, ik maak me zorgen. Ook kan ik Esther, de hulp van wijlen Opa, geen bericht meer sturen om haar sterkte te wensen tijdens de begrafenis van morgen. En zo zijn er meer kleine dingetjes die ik los moet laten op internetloze dagen, haast stukjes van mezelf.
Boven de muziek uit schreeuwend; Sorry meneer, bennuw bestelling vergetuh, was ut Kip 9 of kip 7? Kip 7 muts, hoelang bestel ik nou al bij je? Ok, al een jaar of 4. Dit terwijl ik friet&film voor sta te bereiden met een glas wijn op aanraden van mijn moeder, de jarige Jet. Ze belde me eind van de middag, stond nog te rommelen en te foeteren in de schuur op alles dat er opeens scheef uitziet , alleen vandaag. Ik had haar deze ochtend op 3 verschillende mobiele nummers, opgediept in het overvolle adresboek, een felicitatie-sms gestuurd met de mededeling dat we geen verbinding hebben om haar even te bellen. Mijn broer laat het al jaren afweten op zulke dagen, attent zal niemand hem noemen. Maar dat ik niks van me laat horen kan natuurlijk niet. Misschien is het de leeftijd, maar die minstens twee mobiele telefoons die ze hebben, staan gewoon uit heel de dag. Jammer voor haar, maar haar 65 jaren maken mijn dag niet goed. Het wijntje extra om haar verjaardag te vieren doen het weer wel goed. De film&friet fungeren als een irish coffee laat op de avond en ik besluit de dag met het feit dat er een lach over mijn van chagrijn vertrokken lippen is verschenen en verder eigenlijk geen fluit gedaan heb. Rust.