maandag 31 december 2012

Oud is VVT

Mijn nieuwe ik is afgelopen jaar ontstaan. In 1 jaar. Met oude vertrouwde ogen kijk ik anders tegen mezelf aan. Een oude ziel is mij ooit eens toegekend. Het zal wel. Ik ben ik. Maar met een flink aantal pondjes meer lijk ik na afgelopen jaar meer op de griekse schone die ik vandaag in het British Museum tegen het lijf liep. Zij zit al eeuwen in haar dynamische pose, toch ontspannen. Vol en rond, klassieke schoonheid, mooi genoeg om als voorbeeld te dienen voor een griekse beeldhouwer die haar in marmer vereeuwigde. Ik heb vanaf mijn pubertijd, ik woog toen een 93 kilo, moeite gehad met de rondere vormen die mijn 1 meter 72 makkelijk kunnen hebben. Het liefst was ik te mager voor mijn lengte. Het was heel erg druk in het museum, voor de oude ik een situatie van 'zo snel mogelijk wegwezen of anders een fijne paniek aanval krijgen'. Maar als toetje, als bonus voor het jaar dat ik doorstond, gaf zij me haar weelde prijs, haar zijn zoals eens mooi was en af en toe weer mooi gevonden wordt. Ik doel nu op Rubens, die schilder die zichtbare ribben en borstbeenderen maar niks vond. Om nu een naaktfoto van mezelf te plaatsen in oud Griekse pose is ook zo wat, maar de overeenkomst vind ik treffend. Ik fleur er helemaal van op, nee, het bevestigt dat ik goed ben zoals ik ben en nog voldoe aan de oervormen van 'mooi'. 
Meestal keek ik de 31ste december terug naar het afgelopen jaar. Dat heb ik tijdens 2012 al erg veel gedaan en ik ben er eigenlijk wel klaar mee. Met dat jaar zelf en alles dat er is gebeurd dat mijn aandacht ving, opeiste, mij opeens zo greep dat grote veranderingen niet te vermijden waren. Het dwingt me nu alleen maar naar morgen te kijken en de rest van 2013. 
Met de nieuwe bagage en de opeens verdwenen oude tools kan ik niet anders dan koffiedik kijken en zelfs de goede voornemens achterwege laten. Ik kan wel veel dingen willen veranderen, of grip op de zaken willen hebben. Maar juist de ervaringen van afgelopen jaar hebben dat verlangen om grip te hebben eruit gesloopt. Niet pijnlijk hoor, een heuse verlichting. Het is me allemaal nog zomaar aan komen waaien ook. Ik liet van allerlei oude verzwarende zaken zomaar los om er pas achteraf achter te komen dat ik er van was bevrijd en hoe extreem bevrijdend dit alles wel niet was. Zonder therapien, zonder coach, zonder heel zware lessen als een ongeval of ziekte. Zonder diepe treurnis, wel met enkele dieptepunten, maar op des moments supremes wist ik al dat ze van korte duur zouden zijn. Dus dat huis in NL blijft nog wel even op onze naam staan met dito 'zorgen'. De curator gaat vast nog wel zijn best doen iets te krijgen wat niet eens bestaat en ergens lach ik breed, want mensen die iets najagen wat ze toch niet kunnen krijgen vind ik altijd wat zielig. Ik houd niet van dode mussen, niet van illusies of een drammerige wil.
Volgend jaar kan ik niet op mijn lauweren rusten. Ik zal ze aanwenden om nog vrijer in het leven te staan. Te genieten van het leven zelf, dat nog steeds mij leeft en niet andersom. Een knappe filosoof die mij van deze gedachte af kan helpen als hij of zij dit zou wensen. Zoals altijd heb ik er weer zin in. Eerste dag van het jaar en van de maand, gewoon 'morgen'. Niks bijzonders. Zoals ik ook altijd blij ben de half bewuste minuut voor ik in slaap val. Die minuut laat me altijd nog even weten, op de valreep van de slaap, dat ik de dag geleefd heb zonder spijt en morgen weer een nieuwe krijg mits mijn dromen me heel houden.
Ik zit nu nog in de suburb van Londen. Met de koude stormachtige wind, de regen, de sirenes en hier en daar wat knallen van vuurwerk afgestoken door de eenling die vroeg begint. Ik had het ergens graag live gezien, die 20 minuten vuurwerk in het hart van deze bijzondere wereldstad. Maar de regen die we vanmiddag moesten doorstaan om het British Museum te bereiken, staat ook voor vannacht op het program. Thuis komen samen met een miljoen andere mensen is net zo heftig als een lange wandeling door de stad in de stromende regen. Nee dank u. Ik kan het op TV zien en wanneer ik maar wil mijn bed in duiken. Morgen mag ik namelijk een reis tegemoet zien om Anna te bereiken die in een stad woont een eind buiten Londen, maar dichter bij het vliegveld. Om Jane voor mijn kar te spannen voor een lange reis per auto terwijl we allemaal gaar zijn van de Britse traditie om te drinken tijdens oud & nieuw is onbeleefd. Niet alleen omdat ze hier toch wat stiff upperlip zijn, meer omdat ze me al zo ontzettend in de watten hebben gelegd en het openbaar vervoer hier prima geregeld is, ook op 1 januari.

Morgen reizen, woensdag reizen, donderdag reizen, afgelopen week veel gereisd met het openbaar vervoer. Ik ben al reismoe, het is wel klaar. Maar om te durven beweren dat ik klaar ben met vakantie vieren? NEE. Ik heb niet veel te willen, wat gebeuren moet gebeurd toch wel. Maar ik heb natuurlijk wel wensen, verlangens. Ik verlang nog steeds naar een cottage aan de Schotse ruige kust om daar juist tijdens de donkere dagen van januari en of februari me een maand terug te trekken om me volledig te storten op schrijven. Cursus, boeken, gedachten ordenen, hoe u het noemen wilt. Helaas, zo werkt het niet in mijn leven. Ik zal eerst een jaartje of wat sterker moeten wensen, dromen, de intentie versterken om dat te kunnen bereiken. Reizen doe ik dan ook meestal met de geest, dat volle hoofd dat geen filters voor indrukken heeft, voor impressies, voor alles dat die zintuigen van mij altijd weer opvangen. Of ik nu de ogen gesloten houdt of niet. 
Ik neem nog een slokje witte wijn, terwijl John speurt naar misschien een vergeten fles rood. Jane en dochter kijken Grease, een voor mij uitgekauwde film. Fishpie staat op het menu. Het zal mij benieuwen, ik vond tot nu toe echt alles lekker dat mij is voor gezet, maar fishpie .... auch. Ik kan al terug kijken op een fan-tas-tische vakantie. Het is erg moeilijk om te gaan, moeilijk om niet te gaan en toch; Sooty, Castel, Marc, Merlin, DQ en Cros en oude Joppie. Het graniet, de acacia's, de kipjes en uilen, de geur van mos en het ruisen van de rivier omdat de computer in Toulouse een seintje krijgt dat de thermostaat van de huishoudens in de Aveyron omhoog gedraaid worden. 
Huisje boompje beestje, ik kom eraan, nog 3 dagen!

zondag 30 december 2012

British Royal Botanical Gardens of ´Kew´

 We gaan een dagje naar het enorme arboretum Kew in Londen. Heel toevallig is het van 8 december tot en met 6 januari gratis. Het is echt ijzig koud, er was zon beloofd, maar wij lopen toch regelmatig drie uur lang in de regen te kuieren. Wandelen vermoeid niet, maar kuieren wel. Ondanks dat was het een geslaagde manier om mij zoet te houden zonder me te vervelen. Jane is te grieperig, dus zij bleef lekker warm thuis om bij te slapen en wat te rommelen thuis, groot gelijk. Wij gezonde bikkels hebben genoten.
 Dit stelletje eenden cq ganzen hebben John de hele middag bezig gehouden. Nog geen 10 minuten aan de wandel bleek het vrouwtje mank te lopen door wat visdraad rond de poot. Maar geen personeel te vinden en pas 10 minuten voor het verlaten van het park trof hij iemand. Sectie F1 en G2, daar ongeveer.


 Er is een Treetop Walk. Ook hier op de trappen Links Houden! Laat ik dat nou continu vergeten :-) .....





 Kunst van gebrand hout van ene meneer Nash, het kon me niet bekoren.
 The Queens Cottage, oud, vies, gesloten en weinig kleurrijk.
 Vliegveld Gatwick, heel de dag door, vlak boven je hoofd.
 ALS de zon dan scheen wilde ik er wel een kiekje van maken, maar geen enkele straal kon mij nog verwarmen.



De Conservatory was prachtig, maar veel te druk. Normaal betaal je 16,50 Britse ponden toegang. Deze warm gestookte gebouwen werden nu en masse gebruikt voor een binnen picknick. Dan toch maar lekker buiten door kuieren.

vrijdag 28 december 2012

The British Empire

Uiteraard moet ik even schrijven tussendoor, uitgestrekt op de vloerbedekking in de 'living' extra verwarmd door een kleine schouw die af en toe gevoed wordt door coales die extra hitte geven, rookvrij zijn en geurvrij, dat laatste is dan weer jammer. Schoonmama en John puzzelen, Jane ligt te doezelen en voelt een griepje op komen, dochters speelt op haar kindle (vraag me er niets over) en ik moet echt een begin maken aan een stukjes-verslag over de vakantie die net over de helft is na een vermoeiende dag shoppen in het centrum van Londen. De vet gedrukte titels zijn enkel een geheugensteuntje. Af en toe probeer ik er 1 uit te werken. (U gaat hier en daar de letter d missen. Dat toetsje doet het niet zo lekker meer op de laptop, bij voorbaat excuses voor het lees ongemak.)


3 ons te veel
Ik had er erg mijn best op gedaan. Niet meer dan 10 kg in de koffer die qua afmeting nog net mee mag als handbagage en niet meer dan 15 kg in de koffer die ik zou inchecken. Helaas, na het inchecken is er geen mogelijkheid meer te schuifelen met stringetjes en een shirtje, die 15 kilo was met een paar ons overschreden en daar deden ze niet moeilijk over. Maar die handbagage wordt ook gewogen en daar ging het mis; 1,6 kilo teveel! Ik verlaat de rij die naar de wat benauwde security-poortjes gaat waar je je schoenen, riem, jassen en vesten uit moet doen, alleen om te kijken wat ik uit die koffer nog aan kan trekken om me te ontdoen van die 1,6 kilo te veel. Een laptop kan ik niet aantrekken, net als tijdschriften en een boek. Een fleecetrui, een wollen cape, en wat T-shirts, dat is wat ik nog uit die koffer kan plukken en aan kan doen. Weer eens wegen, nog 3 ons teveel. Buiten op vliegveld Carcassonne is het 25 graden, ik draag een hemd, shirt met lange mouwen, fleecevest, fleecetrui, nepbontsjaal, regenjas zware kwaliteit en een Schotse wollen cape en prop het t-shirt in mijn broekzak terwijl de zakken van de regenjas en dat fleecevest vol zitten met paspoort, portemonnee, pakje shag, lippenbalsum, twee gasaanstekers, camera en ticket. Nog steeds 3 ons te veel aan handbagage. Dit komt door de laptop die echt een flinke 6,5 kilo weegt in zijn tas. Maar deze berg kleding die prima zou voldoen aan de poolcirkel is hier in Carcassonne toch echt ook te veel. Geen doen, absoluut, niet te doen, not, no way, ik ga zo dat vliegtuig niet in.


"Dat is dan 50 euro mevrouw" Geloof me, ik kan het niet missen, maar de kwestie van prioriteiten stellen laat me zwichten. Ik betaal en voeg me in de lange rij tussen wel heel dik aangeklede mensen met enkel een boek in mijn handen, droge oksels, enige mate van ergernis over de manier van geld verdienen aan de reiziger die kiest voor een goedkope luchtvaartmaatschappij. In dat boek mijn ticket en paspoort, zalig, niks om handen. Ze vinden het bij de detectiepoortjes zeer vreemd, dat boek. Jammer dan, ik betaal mede hun oesters met citroen volgende week. 300 Gram of 5 kilo maakt niet uit, 50 euro. Het verlost me van gezeur en gezweet, ik mag vanaf vliegveld Stansted ook nog 2 uur in een kokende auto, Anna heeft het nu eenmaal snel koud en weet niet beter dat winters Engeland ongeveer gelijk is aan omstandigheden rond de Noordpool. 

Even roken in de achtertuin
De keukendeur die aan de zijkant van het riante woonhuis toegang biedt tot de tuin, piept. Zo'n verraderlijke piep waardoor iedereen in huis weet dat je weer even een saffie gaat doen. Ook al is het een kunststof deur, spierwit met dubbelglas erin. Ik probeer het vaak uit te stellen, dat in de regen roken in een tuin zonder ook maar een dakrand van 25 cm wat voldoende zou zijn om wat te schuilen. Als we allemaal op bed liggen en ik de slaap niet vatten kan, kruip ik via het raam het dak op dat een vlak kantje heeft van de uitbouw van de keuken. Ik zou een geweldige inbreker zijn, maar dat vak ligt me niet. In het licht van de bijna volle maan zie ik er eindelijk 1 door de tuin lopen als heerser van de buitenwijken van Londen; een enorme vos met een prachtige lange dikke pluimstaart. Urban foxes, gehaat en geliefd. Geliefd door dierenliefhebbers die in de stad wonen, geen kleine kinderen hebben en verder geen huisdieren die een lekker maaltje vormen voor de vossen. Ze voeren ze, net als de vogels en grijze eekhoorns, brengen ze naar de dierenarts als ze er een aantreffen die ziek is of aangereden en verstoppen medicijnen in lekkere hapjes waar ook ratten en andere viervoeters op afkomen. Gehaat door kattenliefhebbers, want ze vallen nog wel eens katten aan die in hun territorium komen. De achtertuin van de kattenverzorgers zelf. Ook vreten ze kittens op, wat wil je, een vos is een omnivoor. Het enige wat vossen kan verjagen is een hond van formaat die in een afgesloten tuin mag wonen. Maar stedelingen zijn door het mensenoverschot meer van dieren gaan houden. Het merendeel vindt het stedelijk ´wild´ geweldig, wil de vossenjacht met honden verbieden en blijft voor de vossen zorgen.
Een vos in het wild is zo groot als een kleine hond. In de stad zijn ze anderhalf keer groter met een uitschieter naar vossen van 40 pond zwaar.
Mijn gastfamilie heeft een klepper van een achtertuin die grenst aan een park. Een houten schutting met een deur erin die met enorme sloten potdicht zit. Een lenigert springt er zo overheen, met lege handen, dat moet gezegd. Maar een alarm hier is geen overbodige luxe, want aantrekkelijk moet dit pand wel zijn voor mensen die van andermans spullen hun beroep hebben gemaakt, grenzend aan een relatief donker park. De vossen hebben een hol gegraven achter de kas waar een druif groeit. Kapotte ramen en de bende in de kas vermoeden dat ook daar de vossen huishouden. De tuin ligt vol met zwerfvuil, afval, doorgeknaagd, leeg gelikt, uit vuilniszakken, omver geduwde vuilnisbakken of uit de gemeentebakken gesnaaid voor een restje red bull, kruimels hamburger of een stukje kebab. Er is geen opruimen tegenop gewassen, de familie heeft geen hond, daar hebben ze het te druk voor. De buurvrouw aan de rechterkant heeft een kat of 15 en een hond. Die katten laat ze niet steriliseren, ook al is haar dat gratis aangeboden door de gemeente, afdeling huisdieren. Ze vindt de vosjes zo schattig en iedere lente heeft ze toch een nestje of 4, dus dat ene aangevreten kitten per seizoen, 'why bother?'. Ze voert ze 1 doos eieren per dag en af en toe een gekochte kip. De hond blaft als de vossen vechten om een half lege sandwich verpakking en zoeken hun heil, al vechtend, in de tuin van mijn gastfamilie. Ook de buren aan de andere kant voeren de vossen en verder vinden ze het hier als gezin wel fijn wonen. Want hier worden de vogeltjes en eekhoorns gevoerd, makkelijke verse hap. Gif, afschieten, klemmen, strikken, het is heel erg verboden. En de vossen vermenigvuldigen zich in rap tempo, worden groter zoals ik stadse honden en katten doorgaans wel erg goed doorvoed vind. Zwerfhonden zijn inmiddels goed onder controle, ook zij vormen geen natuurlijke vijand meer. Het is dus een feit; ook in deze achtertuin waar je altijd wel een sirene hoort, auto's en stadsrumoer, nu ook dagelijks en 's nachts de vechtende vossen groter in aantal als de dominante grijze eekhoorn en de roodborstjes.
  Ik blijf het intrigerend vinden, urban wildlife. Dieren die wij haast nooit zien, schuw zijn en een enorm leefgebied hebben en juist hier te goed gedijen. Vele keren ga ik in de kleine kas staan met daarachter het vossenhol en de schutting als einde van de tuin met het kleine camera'tje in de aanslag. Ik wil heel graag een vos op de foto krijgen, maar denk dat het me niet meer zal lukken.

Boxing-Day
Boxing day in Engeland is niet de dag dat iedereen aan de buis gekluisterd zit voor het Boxen, de sport zoals je in Nederland je oudjaarskater verjaagd met schaapachtig kijken naar het schansspringen. Officieel was vroeger die dag bestemd om werknemers, het volk, een dag de tijd te geven familie te verrassen met een kerstgeschenk in een doos (=box), want tijdens kerst zelf ben je met je gezin en blijf je thuis. Nu is Boxing-Day de dag dat de uitverkoop aanvangt. Sommige warenhuizen gaan daarom om half 7 's ochtends open en lijden leiden het volk met linten de juiste richting uit. Verbazingwekkend om de beelden op de TV te zien van hele hordes mensen die dus echt om 6:30 uur in de rij staan te dringen om te kopen, te kopen en te kopen in een stad die heel erg duur is. Van het openbaar vervoer, parkeren, tot aan een simpel broodje in een warenhuis.
Ook wij gaan halverwege de ochtend met het openbaar vervoer naar de stad terwijl het giet van de regen en wegwerkers doorgaan waar ze de vrijdag voor kerst gestopt zijn. Het koopcentrum van de stad heeft enkel luxe winkels al dan niet van een bekend duur merk en enorme warenhuizen. Nu kom ik uit de jungle, maar dit is net zo goed een jungle. Mensenjungle met alles dat deze soort denkt nodig te hebben om zich op te doffen met als doel geslaagde voortplanting. Omdat de afstanden die je af moet leggen om te zorgen voor een basis voor het werken aan het laten voortbestaan van de soort, is het pure noodzaak te zorgen voor brede paden en sneller vervoer dan de benen waarop deze soort zich voort beweegt. Het kan allemaal te voet, maar het leefgebied is te groot geworden, de afstanden te lang en het gevaar niet uit het oog verloren. Tussen de werkenden door lopen de toeristen en de mensen die nog vrij hebben en deel willen nemen aan Boxing-Day.



We schieten een groot warenhuis in. Een warenhuis als de Beijenkorf, niks bijzonders dus. De dames gaan op zoek naar een verlaat kerstcadeau, John troont me mee naar de parfumerie-afdeling, ik zoek een eau de toilet. Deze afdeling is een sub-biotoop zoals je ziet in de toppen van de hoogste tropische bomen in Zuid-Amerika. Het is ook hier over de koppen lopen en ik volg veilig en gedwee de enorme gestalte van John die bijna de twee meter haalt en in zijn lange zwarte cowboy-duster ook een meter breed lijkt en me leidt alsof ik een klein kwetsbaar knuffeldier ben. Zo voel ik me bij hen thuis wel, maar in deze wereldstad ben ik meer een schichtig konijn. U weet wel dat zo'n warenhuis zo is ingedeeld dat je om counters en uitstallingen moet slalommen om daar te komen waar je wilt en zo alle waar moet zien, mits je je ogen op kopen open hebt. Er is niet 1 decadente stand met geverfde dames en strak geklede heren in gelikte costuums, er zijn er tientallen, parfums voor dames en heren door elkaar en sommige van een enkel merk. Nu heb ik al van kinds af aan moeite met keuzes maken als het aanbod te hoog is, maar dit gaat mijn pet te boven. Achterin deze etage klamp ik maar twee bruin geverfde blondines aan die het niet gelukt is de rimpels met smink te verbergen of ze me kunnen helpen. Musk, geen bloemige geur en dunne huid, dat zijn de enige drie zaken waar de specialisten het mee moeten doen. Ik word beslist doch vriendelijk weer terug gestuurd naar de andere kant van de afdeling, waar ik gestart ben deze kleine biotoop te verkennen op zoek naar dat ene 'luchtje', zoals ik het wat ordinair uitdruk. Random kies ik een stand die ook een kassa bevat waar weer twee geverfde dames me met ogen aankijken die alleen maar zeggen; koop hier!
Ik ben alles behalve een koopjesjager, alles in deze warenhuizen zijn van geen nut voor mijn dagelijks leven. Niets heb ik echt nodig, ik wil alleen een nieuw eau de toilet om niet altijd naar rook, mos en hout te ruiken. Tot mijn verbazing krijg ik nul op rekest als ik het woord eau de toilet uitspreek, verontwaardiging bijna. Want ik sta tegenover DE hoog in Parijs en Grasse geschoolde parfumiers. Ja heus, het zal wel verkeerd gespeld zijn, maar na een jarenlange studie eindigen deze dames en heren dus in een warenhuis. De stand naast de kassa is van een blonde dame die met haar accent niet kan verhullen dat ze geen Britse is. Een vleugje Frans en toch ook weer niet. Ik krijg geen enkele kans zelf even te kijken of te snuffen, alle egards voor deze simpele meid met buitenkop en -kleur. Ik zeg; musk, thin skin, no flowers. Strookje papier, spray, snuif, mmmm, dat is lekker. Nog een andere geur om te vergelijken dan maar, zelfde merk. Ik leg mevrouw even snel uit dat ik maximaal 3 geuren wil proberen, anders kan ik niet kiezen en zit mijn neus vol. Het dringt langzaam tot me door dat er geen eau de toilet wordt verkocht, alleen pure echte parfum. Ik moet bekennen, ik heb in mijn 38,5 jaren dat ik leef nog nooit een parfum gehad of voor mezelf gekocht. Ik weet wel dat het lang blijft zitten, je auto, je bed en alles dat je aanraakt ernaar ruikt, dat 1 spray voldoet voor 24 uur en dat een parfum, mits goed gekozen, zich gaat vereenzelvigen met wie je bent. Snel een keuze maken en niet verder snuffen op deze enorme en drukke etage is misschien niet slim. John zegt nog dat ik alle tijd heb. Maar eigenlijk weiger ik 'alle tijd' in deze. De 2e geur is me net te citrusachtig, te houterig en rokerig, meer iets voor heren. Piece of cake dus, het wordt dit parfum en ik strek mijn hand uit naar het geplastificeerde prijskaartjes in een mini-ringbandje tussen de doosjes in. Mevrouw zegt, een ongeverfde pure dame zonder heftige coup met haar, dat de 30 en 50 ml's op zijn. Er zit dus niks anders op dan 100ml te kopen. Het niet-Boxing-Day prijskaartje is afschrikwekkend voor mijn budget. Dacht ik tijdens de sales voor een eau de toilet wel 35 euro over te hebben, begrijpt u ook wel dat een nieuw parfum in een fles van 100ml, dat komende 50 jaar niet als 'sales' verkrijgbaar zal zijn, voor mij onbetaalbaar is. Ik mag me er vanaf dat moment niet meer mee bemoeien van John. Ongegeneerd en heerlijk geurend naar iets dat een deel van mij zal worden komende jaren, zich in de oude versleten stoelen van de Rode zal dringen, geef ik John een knuffel en een zoen op de ongeschoren bolle zachte wangen. Ik voel me een troeteldier en veilig achter zijn rug gaan we terug naar de tassen-afdeling waar we op de dames wachten die een half uur de tijd nemen om een tafelkleed te kopen.
Het 2e warenhuis waar we ingaan is Liberty. Het is een schitterend oud pand in Tudor-stijl dat ooit aan een rijke Hollandse koopman behoorde die hier en daar nog een leuk aandenken achterliet als een kleine oud Hollandse schouw met Delftse tegeltjes met dito afbeeldingen. Alle afdelingen zijn wederom over koppen lopen en alles is astronomisch duur, of er nu 20%, 30 of 50% van de prijs af gaat en aangeprijsd wordt als 'koopje'. Ik kijk rond en zie heel mooie spullen, echt, ongelogen. Ik zou dat hele Liberty wel willen kopen, de hebzucht is gewekt en wakker. Maar weer; ik heb echt niets nodig van dit alles. Toch koop ik een presentje voor mijn ouders; zijn ovenwant waar twee handen in kunnen met een echt engels design (bloemetjes met lentegras) en twee heel mooie ansichtkaarten met schilderingen erop van twee verschillende kunstenaars. Het aardigheidje ga ik vanuit Londen naar Nederland versturen met de twee kaarten geparfumeerd erbij in met lieve Britse groeten.
Het enige dat ik als souvenir graag wil hebben, al is de hebzucht gewekt, zijn kruiden en ingredienten die goed verpakt en niet te zwaar zijn om in die 15kg koffer naar Frankrijk te verslepen.
De rest van de dag observeer ik de soort in zijn eigen biotoop en ik kan er niks aan doen, maar blijf het een ongezonde jungle vinden waar maar weinig ruimte is om bij jezelf te blijven zonder de eigen soort een loer te draaien, omver te lopen, te beroven of scheef aan te kijken wat criminaliteit en discriminatie naast de schijn-vrijheid in de hand werkt. Je kunt nog zoveel politie op straat hebben lopen en rijden, nog zoveel camera's hoog in palen plaatsen met enorme controle-centra die zorgen voor werkgelegenheid; veiligheid zal toch echt uit de mensen zelf moeten komen.
Ik heb er vele fikse discussies over met John, een man van de wetenschap, verschanst in zijn huis met alarm-installatie. Maar ik weiger om de geleende handtas angstvallig op de buik en met beide handen vast te houden en regelmatig achterom te kijken. Het oversteken is al link genoeg en alleen dankzij zijn oplettendheid en de grote witte teksten met pijl op straat "<--Look Left!" overleef ik deze dag om op de vloerbedekking voor de schouw wat te typen terwijl buiten de vossen vechten om een stuk brood en de sirenes loeien omdat er weer een mens in nood is.


Sloten en CV
Het is niks bijzonders. Voor de meeste van u niet, voor John en zijn familie niet, voor de meeste Fransen natuurlijk ook niet; Extra sloten op deuren en ramen, dubbelglas, een centrale verwarming met een thermostaat, een alarminstallatie. Te moeten leven met de vrees voor inbrekers. Te werken voor de energie-leverancier zodat je huis in alle seizoenen een 20 graden is en je in t-shirt op blote voeten je behaaglijk voelt. Grappig is dat als dit afwezig is, zoals bij ons thuis, je vanzelf een extra trui aan trekt, warme sokken en sloffen draagt, net zo comfortabel. Dat we ons eigen hout moeten hakken is wat minder, het vreet nogal veel tijd, maar toch gaat dit boven het iedere dag naar het werk rijden met veel ongemakken om die nota te kunnen betalen. Veel mensen hebben me afgelopen jaren gevraagd of ik niet bang ben zo ver weg gestopt in de gorges met de gendarmerie die wel weet dat daar een bewoond huis staat, maar een 40 minuten tijd nodig heeft om in geval van nood op de stoep te staan. Het dichtst bijzijnde ziekenhuis is een 90 minuten rijden als er geen omleiding is en in geval van brand moeten we de brandweer uitleggen hoe bij ons te komen. De hulpdiensten die veiligheid bieden (???) ontbreken. Hier word ik steeds op de feiten gedrukt door de camera's op straat, de sloten op deuren en ramen. Wel comfortabel, niet leuk. 
Ook breekt er paniek bij me uit de avond dat ik bij Anna logeer in de kamer van een van haar dochters. Voorzet schuiframen die zo ongeveer vast geroest zitten. Met moeite krijg ik er 1 op een kier en probeer het bovenraam te openen. Het kan door een veiligheidsbalk aan de buitenkant alleen op een kier waar net een papiertje doorheen past. Het grote raam eronder dan maar. Anna schrikt als ze komt kijken of ik nog beddengoed nodig heb. 'Dat raam staat open, hoe kan dat nou?' Ik leg het uit, ik krijg het spaans benauwd in een kamer te moeten slapen waar alles potdicht zit. Haar huisje dat heel typisch Brits is, is al zo hokkerig, alles bekleed met vloerbedekking, gordijnen dicht en vol met spullen die je nu eenmaal nodig hebt met een gezin van 4. Bij John moet ik er erg in hebben het raam te sluiten voor we het huis verlaten, maar verder mag het open blijven. De radiatoren draai ik ook dicht, ik ben geen vrouw uit de tropen ook al lijkt Zuid-Frankrijk zuidelijk en warm. Ik begrijp het ook niet echt, die huizen zo warm gestookt en iedere kier dicht gekit en afgetimmerd. Dat kan toch niet gezond zijn? De geur op straat is eerder stank en John haalt steevast diep adem met het hoofd naar de grijze grauwe lucht gekanteld voor een goede hap 'frisse lucht'. Hij gelooft niet dat ik het echt verschrikkelijk vind stinken hier, dat ik het echt benauwd heb als ik in een CV-verwarmde kamer moet slapen met gesloten ramen. Eerlijk gezegd, ik stik de moord onder de dikke noordpool-dekbedden onder de open gemorrelde ramen.
Net als in Frankrijk komt er een soort van zwembadwater uit de kranen. Het riekt naar chloor, ik drink het niet. Ook dit wil John niet van me aannemen, dat ik dit ruik en proef. Ik ben nu eenmaal stierlijk verwend met bronwater dat rechtstreeks van de bron via thyleenleidingen uit de kranen komt. Ik drink dus uitsluitend gekookt water als in thee, sap en wijn dat in huize John voorradig is als was het kraanwater. Ik pas me aan, schrijf ik nu grijnzend.
Hoe dicht gepropt en geïsoleerd het huis ook mag zijn; ook hier muizen, zo af en toe eentje. De muizenval op de foto heeft al vele hoekjes gezien, op veiligere plaatsen voor mensentenen. Maar alleen op deze plek onder het aanrecht werkt de val en trapt de muis erin. Maar een muizenval is niet voor tenen gemaakt, dus het breekijzer is ter bescherming van je tenen. 

Britse kerst 


Misschien hoef ik hier helemaal geen tekst aan toe te voegen, wat vind u?

The British Empire
Op oudejaarsdag ga ik naar het Brits Museum. Dit om mijn kennis van de geschiedenis en het huidige Engeland wat op te schroeven. Net als dat Holland wel Nederland is, maar Holland niet Nederland omvat. Leg dat een ander maar eens uit. Morgen een studie-uitje als laatste dat ik er qua indrukken nog wel bij kan hebben.
Het Britse Rijk bestond ooit uit; Engeland, Ierland, Schotland, Midden en Noord Amerika, Australië, Nieuw-Zeeland, Hawaii, India, Pakistan, Bangladesh, Birma, Hongkong, Sri Lanka, Nepal, Egypte, Soedan, Zimbabwe, Zambia, Zuid-Afrika (stukjes ervan zeggen ze), Uganda, Kenia, Somalië, Een groot stuk Carabieen, Irak, Koeweit, Kanaal Eilanden, Falklandeilanden, Brits Guyana, en nog wat kleine landen die ik wellicht vergeten ben. Met recht een Rijk.
Het Untited Kingdom bevat nu niet veel meer. Toch bekt het woord 'British Empire' nog steeds goed. Vinden de Britten. Ze beseffen zich heel goed dat het British Museum voornamelijk bezoekers trekt door het feit dat het merendeel gejat is, c.q. toegeëigend. Ze zeggen 'gekocht', ja, ammehoela.....
Ook vinden ze dat ze het economisch nog prima doen, dankzij de Britse Ponden. Ik ben benieuwd en wacht af. Ik moet wel toegeven; er is hier niets te merken van de economie in het slob, slechte beurs, meer armoede en andere signalen die zeggen dat ze zich eens achter de oren moeten krabben. Misschien is hier net zoveel nieuwe armoede als waar dan ook in de westerse landen. Net zo verborgen ook en zeker voor de argeloze toerist, al dan niet zo goed geïnformeerd als ik.

vrijdag 21 december 2012

Panter & update

 Afblijven grote Rooie, is van mij!
 Ik help je wel zus!
 Zie je, die Rooie gaat al weg.

Vandaag was pakdag. Het bezorgd me hoofdpijn, want de koffers mogen niet te lang, te diep en te breed zijn. Leeg zijn ze ok, vol zijn ze te groot. Eén tijdschrift meer of minder lijkt een kilo te schelen op de weegschaal, en de handbagagekoffer mag weer niet alles bevatten. Een kleine steen mag niet mee. Een blok hout voor Anna dan wel? De laptoptas is zelf al 6 kilo, dat heb je met die oude dingen, dus toch maar een boek van Saskia Noort en niet de Duivelsverzen, dat wordt afkicken. Het blijft regenen, de modder overruled mijn gevoel voor het hebben en behouden van een schone vloer in de woonkeuken. Eind van de middag wordt ik door een logee op vier voeten op mijn nummer gezet, want Balou staat al binnen voor zijn verzorgers de drempel over kunnen stappen. Dat is nu eenmaal zo met honden van Nederlanders, die weten niet beter of mogen overal naar binnen, ik laat los, acuut. Balou komt logeren, zijn verzorgers gaan op vakantie en hij kan niet mee. Castel vindt een speelmakker ook geweldig, want ze wint alle wedstrijden; apporteren, zwemmen en klimklauteren in het bos. Ook pikt ze eens een brokje mee van een ander, mooi meegenomen. Ook nog even afwerklatten een 2e beitslaag geven, opruimen, afwassen, eten, kachel aan houden en op Sooty letten die nog wat gedrogeerd rondloopt. Ze speelt, dat is al een goed teken. Bij het binnen denderen van Balou zie ik 5 flitsen door het huis. Merlin vlucht naar boven, DQ probeert hem bij te houden en blijft steken op de bovenste trede. Dan komt Balou even naar de trap, die snuffelt gewoon even wat rond, wat zal hem dat kattengebroed nou schelen? Maar dat weet DQ niet, die schrikt zo dat hij door de trede naar beneden klettert en zich probeert om te draaien waar de hoogte te gering voor is en er treden in de weg zitten, Klaboem, klettert nog een trap naar beneden. Ik schrik ervan, maar het kattenluikje maakt ook geluid en ik zie hem met de dikste staart ooit op de muur zitten die de moestuin afgrenst van het huis en de secadou. Niet zichtbaar gewond dus.
Om Balou te laten wennen aan mijn stem en de andere omgeving ga ik met die twee naar het meer. Castel gaat een lange baan trekken terwijl Balou tot zijn buik zoekt naar stokken van zijn formaat. Het is tenslotte een New Foundlander die graag zwemmen. Balou wil vaste grond onder de poten, maar als ik weer terug naar huis wil blijft hij uitgelaten staan. Niks hier weg, lekker wateren en plonzen. Jammer, het is bijna donker, de kippen moeten nog naar binnen, de kachel opgestookt en ik heb nog een hoop te doen. Ik ben bekaf... Zo m'n bed in, slapen, morgen weer een dag! Ow, eerst nog even de honden knuffelen en warm douchen, dat zal me goed doen. 

Komende dagen geen logs, druk met reizen, vrienden knuffelen, bijpraten en wennen. Tot ergens tijdens Kerst dan maar. Dag allemaal!

het is zover; gekkenhuis

Gisteren belde Marc even. Hij wilde het kort houden, omdat hij met de Nederlandse prepaid mobiel belde, de Franse had geen bereik. Maar dat kort houden lukte niet, want het spektakel was aan het losbarsten. Welk spektakel? Nou, dat van het circus 'fin du monde Bugarach' de dag voor de 21ste december 2012.
Zowiezo is het een drukte door de hordes journalisten, de media die het einde der wereld hebben gemaakt door op alles serieus in te gaan en er nieuws van te bakken terwijl er wereldwijd genoeg anders nieuws is dat meer aandacht verdient. Het zegt weer genoeg over wat 'nieuws' nu eigenlijk is en de waarde die veel mensen eraan hechten. 
Zoals u misschien nog niet weet; in Frankrijk is de gendarmerie onderdeel van het leger en is dus geen politie, die opereert enkel in steden. Bugarach, de berg en het dorp, liggen in een stil ontvolkt droog gebied, hier dus geen politie maar gewoon de gendarmerie die zich gisteren in Marc's ogen onsterfelijk belachelijk hebben gemaakt door hem een aantal keer aan te houden, hem te ondervragen waarom hij rondwaart rond 'le garage'. Waarmee diezelfde gendarmerie bedoelt; de berg die dienst doet als hangar en garage voor UFO's. Marc wordt op de rode lijst gezet van individuen die niet het gebied in mogen. Maar hij lacht in zijn vuistje, want met de Blauwe kan hij zelfs de berg zelf op als hij zou willen en iedere mooie slaapplek die hij gisteren tegenkwam heeft een magnifique uitzicht op 'le garage'. Hij komt twee vers opgezette legerkampen van diezelfde gendarmerie tegen, niet in het donkerblauw gestoken, maar in camouflage-pakken met de echte wapens ipv pistool. Er rijden en staan overal campers, de gangbare witte kunststof dingen op smalle wielen, maar die worden niet behuisd door bange oude hippie's (hoe heten nieuwe hippie's eigenlijk?) of spiritueel doorgeslagen types, maar enkel door journalisten. De bewoners van de regio zijn de journalisten spuugzat! Ze worden letterlijk belaagd in alle talen van de wereld. Je zou haast wensen dat aliens je komen redden van deze waanzin waar het Franse leger ook echt heel serieus z'n best doet de burger te beschermen, maar ze laten juist die journalisten daar rond waren. Wat een vreemd perspectief krijgen we hiervan??
Een korte samenvatting;
* Marc speelt mee in een film als figurant 
* Hij wordt geïnterviewd door de Franse radio
* Hij neemt twee lifters mee, beide naar een leefgemeenschap die daar niet opgericht zijn speciaal voor vandaag
* 4 uitnodigingen voor 4 feesten, allemaal om een andere reden dan de laatste dag dat de wereld bestaat
* De gendarmerie krijgt een Landrover Defender niet uit een greppel getrokken, hun Defenders hebben geen lier. Dus mag Marc de klus klaren met de Blauwe. De eigenaresse is een hittepetit met een bontmutsje op, ook zij nodigt hem uit voor een feest vandaag als dank voor zijn hulp.
* Hij ontmoet vader en zoon die er wel heilig van overtuigd zijn dat er vandaag iets heel groots gaat gebeuren, hij bedankt voor de uitnodiging aanwezig te zijn bij een spirituele samenkomst.
* Een echte oude bange hippie nodigt hem uit om eens gezellig aan de hasj te gaan, wegwezen denkt ie.
Het was dus gister al een soort van heksenketel die voornamelijk veroorzaakt wordt door de media, serieus genomen door de Franse overheid. Zonder die twee was het relatief nog steeds een dooie boel op de berg, in de berg, rond de berg en voor de locals.....

ik maakte een filmpje deze ochtend;
                                                a new day - a new world

ps
Het is vandaag gewoon Midwinter. Voor de moderne seizoenen begint de winter vandaag pas. Maar volgens de meeste oude volken en culturen is het echt midje winter. 

donderdag 20 december 2012

De woonkeuken

De foto geeft veel weer; Zie de donkere randen op de kast links naast de schouw; vieze en of vette handen. De witte kanten lapjes op het bankje geheel links. Die zijn uitwasbaar, voor het geleun van natte en vette haren op het hoofd van de bankzitters. De TL-Balk. Het Gordijntje op de balk die de schouw 'draagt' , zeer Aveyronaise. De rode email ketel en de blauwe email soeppan op de cuisinière. De houten banken en het tafelzeil. De houtkist tussen cuisinière en aanrecht. Die cuisinière stuurt de warmte naar de warmwaterketel die er boven hangt. Tussen de twee mensjes in het bankje in de schouw, ook heel Aveyronaise! De klok en de snuisterijen op de smalle plankjes boven de schouw. De krant en meneer zijn pet die hij enkel afzet in bed en aan tafel. Het lepelrek niet voor de sier maar gewoon om te gebruiken voor de opgewarmde soep. Haar schort, ze heeft er twee en ik mag er dus altijd één lenen... 

Het weer is werkelijk bar & boos. Geen frisse vorst, geen mooi sneeuwtapijt, geen gietende regen, maar gewoon én koud, én guur, én nat, én donker. Bah! Ik bedank Nadine een keer voor de zo vriendelijk bedoelde gastvrijheid en rijst met vis. Ik bedank ervoor in de regen op de markt te lopen, ik heb niets nodig voor de laatste avond die ik mee mag maken. Wel wil ik de oudjes Ravelac nog één keer laten genieten van een schoon toilet, dus gooi ik de ketel nog een keer vol met nat geregend hout (wat niet wil zeggen dat het nat is, enkel de buitenkant) en vertrek richting hun gehucht. Het hele gehucht is van haar familie, er staan drie woonhuizen op en ik besef me dat één ervan bewoond moet zijn door haar dochter en echtgenoot die haar hulp in de huishouding hebben geregeld. Want het gebrek aan leven in de slaapkamers op de eerste verdieping kwam me al wat vreemd voor en er staat vaak een auto geparkeerd voor dat huis op de heuvel achter de boerderij van mevrouw Ravelac. Ons terrein ziet er erbarmelijk uit in dit weer vergeleken bij de meest verpauperde en oude boerderijen, want wij hebben geen bestrating en het maakt het geheel tot een modderpoel. Mijn schoeisel tijdens deze periode van het jaar bestaat uit slippers voor het doen van de beesten en het vullen van de kachel in de schuur, en kaplaarzen voor naar en in de auto of een wandeling met de hond. Degelijk schoeisel waar ik mee 'naar boven' ga is altijd bemodderd en heeft de witte kringels van strooizout. Om bij de Ravelacs binnen te huishouden neem ik dan ook doodleuk mijn pantoffels mee wat me al heeft getrakteerd op een lachende knik van mevrouw. De voordeur van de boerderij zit alleen 's nachts op slot, er is geen deurbel of klopper. Aankloppen dus op één van de twee matglazen ramen in de deur om erachter vanuit de woonkeuken 'entree' te horen roepen. Het wekt haar man, maar die dut weer in op bed in de achterkamer. 
Vandaag op het programma; toch dat koper poetsen, maar alleen de grote ketels, bedpannen, soeppannen en melkschalen, ..... en strijken. Kranten worden op het tafelzeil uitgespreid, doekjes gezocht en ik zetel me op de smalle houten bank met in de rug de schouw en cuisinière, lekker warm. Mevrouw leest één van de kranten met datum 14 mei 2012, why not, oud nieuws kan ook nieuws zijn. Ik heb mezelf twee extra doelen  gesteld vandaag; 1 erachter zien te komen of haar dochter en boer-echtgenoot ook in dit huis woont of in één van de andere twee die het gehucht rijk is naast enorme schuren.  2 Of ik het door mijn strot krijg te vragen of ik het oudere lieve stel in hun woonkeuken op de foto vast mag leggen. Ik blijf het een wat ongepaste actie vinden, een onbeleefd iets om te doen als 'poets'. Tijdens het koper poetsen zoek ik naar de juiste woorden, juiste invalshoek voor mijn eerste doel. Dat lukt tijdens het uitpoetsen met een schone katoenen lap. Tussendoor vraagt ze me of ik misschien een schort aan wil. Ja heus, zo'n geruit of bloemetjesschort om het zwarte van het koper de al vieze werk-joggingbroek 'schoon'  te houden. Ik bedank ervoor. Het lapje dat ik mag gebruiken voor de poets zelf dat naar ammoniak ruikt, verdwijnt in de cuisinière na het inwrijven met koperpoets. Dochter en schoonzoon bewonen het andere huis, terwijl ze proberen het derde huis bewoonbaar op te knappen. Ze zitten hier dus maar saampjes heel de dag. Zij kan geen auto rijden, hij is er op zijn 85ste mee gestopt. Kaas, melk en boter krijgen ze van hun schoonzoon, boodschappen laten ze halen door hun dochter met een vers krantje erbij. Ze moeten iedere dag een stukje gaan lopen met de 10 jaar oude labrador die bovengemiddeld intelligent schijnt te zijn. Dat doet deugd; ik ben al onthaald als goed volk. De twee poezen laten zich door me aaien en vinden hun rust op de sjiekste stoel die het bij een antiquair goed zou doen. Alleen bij slecht weer mogen hond en poezen naar binnen, indien het droog is worden ze buiten gehouden. Geen bezoekers, alleen ik één keer per week en hun dochter die wat boodschapjes bezorgd en mij een briefje schrijft met het werk dat gedaan moet worden. Gelijk rijst er vraag 3; bepaalt haar dochter wat er in moeders huis gebeuren moet? Jawel, dat bepaald de dochter en niet mevrouw Ravelac zelf. Slechte zaak. Ik wil best strijken en koper poetsen. Maar hun toilet is in 1 week dermate smerig, het kost me maximaal 10 minuten, en om dat nou niet te doen en strijken of koper poetsen voorrang te geven is me wat gortig. Opdracht nummer 4; hoe maak ik mevrouw duidelijk dat ik liever elke week eerst het toilet schoonmaak voor ik me aan andere werkzaamheden wijd. Daar denk ik tijdens de strijk over na. Dit keer moet ik ook onderbroeken strijken, washandjes, tere t-shirts die alles behalve van katoen gemaakt zijn. Ik vouw ze op, die onderbroeken en haal er even snel het ijzer overheen om de indruk te wekken dat er naar gekeken is door het ijzer. Ze komt de sokken bij elkaar zoeken en vouwen, tricot-truien vouwen en gaat daarna gezellig bij mij zitten. Ik sta in de niet gestookte zijkamer terwijl haar man nog een tukkie doet. Gezellig. Ze friemelt de droge blaadjes van de enige kamerplant die ze heeft uit de takjes en opent het raam om de droge blaadjes naar buiten te mikken. Ze blijft foeteren op het sombere koude decemberweer dat ze al 85 jaren meemaakt. 'De allerlaatste keer' schertst ze als ze het raam weer dicht doet, 'want er is toch geen morgen meer' en kijkt me veel betekend aan. Wat een geweldig mens, ook zij is prima op de hoogte. Ik vertel haar dat mijn man nu in Bugarach zit om het journalisten-circus te bewonderen.  Ze laat zich weer zuchtend zakken op de leunstoel voor de strijktafel terwijl ik de 30ste zakdoek strijk. Gezellig dat ze erbij blijft. We meuten over de wereld, de moderne tijden, over de te-le-vi-sion of het ontbreken daarvan. Over ons huis en de vorige eigenaar en het 'andere' leven dat wij vreemdelingen leven, terwijl ik mijn best doe aan te sturen op de hamvraag; dat ik een foto wil maken van haar en haar Lief in die woonkeuken verlicht met een TL-balk die gewoon doet waarvoor je nou eenmaal een lamp ophangt; goed licht geven. Er is nul komma nul kerstversiering in huis. Daar gaan de 10 kinderen en 14 kleinkinderen voor zorgen volgende week, meldt ze. Ze kletst over mijn hamvraag heen, maar voel wel aan dat het haar niet zo boeit. Ik vraag haar wie nou bepaald wat er voor werk gedaan moet worden door mij. Omdat het haar dochter is die waarschijnlijk de toiletdeur niet eens meer open durft te doen, bied ik haar aan dat iedere week te doen als ik de tijd ervoor krijg, 10 minuten dus. Ze lijkt heel blij met mijn aanbod, alsof ze wil zeggen dat ze het net zo onplezierig vindt om op die smerige pot te gaan zitten als ieder ander mens. Als WC-borstel ligt er namelijk een afwasborstel op de grond in het hoekje en daar kunnen geen van beide oudjes bij gezien het leun- strek- en bukwerk dat daarvoor verricht moet worden. Ik raffel die strijk af om 10 minuten van de 2 uur over te houden voor het toilet, ik kan komende 2 donderdagen niet komen, dus het lijkt me zinnig genoeg en het is en blijft haar huishouden en niet dat van die dochter die ik nooit zie of spreek met een contract met het arbeidsbureau in plaats van met de oudjes zelf. Tijdens het snelle toilet-beurtje komt meneer uit de slaapkamer, begroet me met een hand begeleidt met een zure oude zweetgeur -gzd, ben niet de enige die daar af en toe last van heeft- en vertrekt naar de woonkeuken. Ik ruik mijn kans en vraag of ik echt toestemming heb het stel op de foto te zetten. Mevrouw Ravelac klaagt even dat ze niet naar de kapper heeft kunnen gaan voor DE foto en ik lach het weg evenals meneer Ravelac die me steunt door haar te zeggen dat het me om de keuken gaat, niet om hen. Heerlijk stel zo samen!
En zo had ik antwoord op al mijn stille vragen, heb ik toch weer staan strijken, toch dat koper gepoetst en toch een foto van het lieve stel die me tig keer bedanken voor mijn werk en gezelschap.

U begrijpt; de naam Ravelac is verzonnen!


kerstversiering

Deze 'kerst'decoratie staat bij HET hotel in ons dorp. Dat het hotel haar deuren sluit tijdens de kerst is bij gebrek aan klandizie en zo hebben de hoteliers ook eens vakantie. Het zij ze gegund, het hotel is namelijk een goed hotel met een fantastische keuken en gastvrijheid.

 Bovenstaand DE kerstboom van de gemeente naast de kerk en de hoofdweg. In plaats van ballen glanzende watervast folie-strikken. Er hangt een lichtsnoer in dat nu niet brandt, maar neem van mij aan; dat is er door gemeentewerken 'in gepleurd'.
 De kroeg. Het lichtsnoer heeft een random menu en alle kleuren lampjes. 1+1=2 ..... 
Groen is deze boom nog. Even. Want de gebruikte bomen missen nu hun top, wat zoveel wil zeggen dat ze geen bomen met kluit gebruiken. Groen, nieuw leven, ammehoela.

Deze post is een beetje speciaal voor Elly. Lieve schat, je snapt het al, met geen 350 ballen is er hier nog eer te behalen. De ballen mogen, wat mij betreft, niet eens in deze al reeds dode boomtoppen, het zou zonde zijn. De dozen staan al klaar, ergens zaterdagmiddag kan jouw gemeente zijn lol op.

woensdag 19 december 2012

GBA

Twee verschillende dingen die me afgelopen week wel heel erg opvielen en wat blijven hangen in mijn hoofd. Alle twee kennen ze hun oorsprong in de United States of America. Een deel van de wereld waar ook ik op leef en dagelijks mee te maken heb. Frankrijk is nou niet bepaald anti-Amerika. (De locals hier wel, maar dat is een ander verhaal)
*
Naar aanleiding van het bloedbad in Connecticut vorige week plaatst een Amerikaanse kennis van mij op facebook allerlei tekst die betreffing heeft op de geweldige wetten in Amerika die het mogelijk maken dat je als burger het recht hebt een vuurwapen in huis te hebben en die ook te gebruiken om jezelf te beschermen. Ik reageer, hoe ontzettend fu&#@ing naief!, met een reactie in de trant van; geen handwapen in huis, geen geweld ten gevolge van handwapens, dus ook geen drama's als in Connecticut. FOUT! Ik blijk met een echte fanatieke haast fundamentalistische Amerikaanse van doen te hebben die er prat op gaat blij te zijn met het fundamentele recht tot het zich kunnen en mogen verdedigen met een vuurwapen. Hoe trots ze wel niet is dat dat in de 'constitutie' staat. Dat ze als kind zijnde al geleerd heeft met vuurwapens om te gaan. Dat 'wij' als zijnde niet-Amerikanen maar stomme eenden (silly ducks) zijn die als er wat mocht gebeuren, machteloos staan tegen grote mogendheden als China en de hele (over 1 kam, ik zeg niks) Moslim-wereld. Dit alsof Europa echt een slappe eend is die niks kan doen en geen vermogen heeft om zich te laten horen. Frankrijk bijvoorbeeld is maar een 'landje', niet de 4e grote werelmacht op het toneel waar Amerika denkt de scepter te zwaaien en niet in kan zien dat China veel groter is en het nederiger maar veel beter aanpakt als dat Amerika ooit zal kunnen. Mijn broek zakt af; mijn god zeg! GBA, God Bless (only) America. 
Ergens vraag ik mezelf af waar ik me over opwind.... Laten we eerlijk zijn, de meeste Amerikanen komen uit Europa, vluchtelingen & uitschot, mensen die het hier niet redden en hun toevlucht zochten in het onbekende dat nog geen Staten kende, maar alleen Native Americans, Indianen die met zorg en vlijt zijn uitgeroeid door diezelfde trotse Amerikanen waar deze meid zich toe rekent. Een zinvol constructief gesprek aangaan is zinloos. 
Ik zie Claude voor me. De 80-jarige gepensioneerde die me altijd begroet met een smadelijk uitgesproken 'God Bless America'. Hij woont in een niet onaanzienlijk oud huis net voor de oprit naar het kasteeldorpje uit de 12 eeuw, begroeit met de bekende Parthenocissus quinquefolia 'Engelmannii'. Hij diende een kleine 40 jaar als Butler, ja heus, van de familie Rockefeller (wikipedia informatie zie hier), Dit samen met zijn vrouw om nu 'thuis' te genieten van zijn oude dag in de regio waar hij werd geboren. Hij steekt altijd de gek met de natie, het land en de mensen, spreekt nog voortreffelijk Amerikaans Engels en draagt zijn geluksmunt altijd bij zich die hij iedere keer dat ik hem zie, laat zien; een zilveren dollar. Blijft een feit dat Claude weet over welk volk hij het heeft. Ook hij heeft dezelfde mening als ik, Marc en nog een niet onaanzienlijk deel van onze kennissenkring die enigszins recht van spreken hebben.
Ik zie nog een paar reacties aan van 'Cecilia' die niet van ophouden weet om de vuurwapen-cultuur te verdedigen als antwoord op het bloedbad waar 20 kinderen stierven en 6 volwassenen. Tijdens het lezen van haar replies schaam ik me kapot dat ik haar in mijn vriendenlijst van facebook heb staan. Ik ontvriend haar, zoals dat heet tegenwoordig. Geen zinnig woord is aan haar besteed. Ik blijf me afvragen hoe zij en vele landgenoten met haar maar niet in willen zien wat die befaamde consitutie doet met de Amerikanen en met de buitenlandse politiek die de natie blijft voeren. De arrogantie en betweterigheid druipen er vanaf, als tevens hun houding die meer kwaad dan goed doet. Ondanks dat ze ons voorzien van een karige boterham, want de Amerikanen blijven onze beste klanten in de virtuele wereld. Ik zou ergens veel liever zonder die klandizie doen. God Bless (only) America?
*
We kijken veel films. Een 50% is van Amerikaanse makelij. Vandaag weer een triest voorbeeld; Er is weer eens een soort virus geboren, in Amerika, de rest van de wereld doet er (natuurlijk) niet toe. En films zijn zowiezo fictie, ik weet, ik weet... Maar toch ontsproten uit de fantasie en belevingswereld van een mens. Cecilia is ook een mens, Tien is dat ook, net als mijn ouders of Claude. Een verhaal waar je je in mee kan laten slepen, juist omdat jij ook een mens bent. Het kwaad, het virus, de vijand blijkt in Amerikaanse films ALTIJD van buitenaf te komen. Nooit van de of een Amerikaan zelf. Het is een Rus, of een Duitser, of een Moslim of een Alien, ja echt, nooit een gewone doorsnee lichtelijk fundamentalistische Amerikaan die trots is op de constitutie, dat zijn en blijven de helden. Van enig inzicht of inkeer is soms sprake, weliswaar veel te laat, jammer en niet realistisch, niet menselijk. Waarom die Rus, die Duitser, die Moslim of die Alien het nu eigenlijk niet goed voor heeft met alleen die Amerikanen blijft altijd onduidelijk, maar dat doet niet ter zake. Alleen de held telt, terwijl mijn schrijfcursus toch iets heel anders predikt als het om het schrijven van een goed verhaal (ook films zijn een verhaal) gaat. In 9 van de 10 films spelen vuurwapens een hoofdrol, ze worden als ding verheerlijkt. Geweld en mensenbloed is puur amusement. De held in de film is een sukkel, die sukkel wordt de held. In mijn ogen word die sukkel alleen maar een grotere sukkel, maar het kan natuurlijk zo zijn dat de Amerikaanse kijker erin blijft tuinen en die sukkel ook echt als held ziet eindigen, al verliest hij juist door het gebruik van vuurwapens zijn kinderen, zijn vrouw en zijn waardigheid. Vuurwapens staan boven de mens en de menselijkheid, hiep hiep... hoer.... aaaaaa.
Mensen sterven bloederig en vol smart en pijn, maar met een glimlach op het gezicht. Je zou er niet goed van worden. Menig Amerikaanse film haalt hier in huis het einde niet. Als ik ze vergelijk met films gemaakt door Europeanen, Moslims en Aziaten; we zijn beide geboeid tot de laatste seconde, dromen erover en laten ze op de harde schijf staan voor een 2e keer 'zien'. Maar maak een Amerikaan maar eens wijs dat er meer is ten Noorden van Amerika, ten Zuiden, ten Oosten en ten Westen... Eng, silly ducks, niet de moeite waard (waar waren ze tijdens de 5 genocides in Ruanda?) of een bedreiging voor hun 'wereld'vrede door een andere religie?
Verder zijn de films van Amerikaanse makelij stuk voor stuk slecht gefilmd, slecht uitgevoerd, slecht geregisseerd, ondanks de fantastische acteurs die zich als mens echt inleven en op hun lauweren kunnen rusten in tegenstelling tot acteurs uit andere landen die voor een schijntje meewerken aan veel betere films.
Het trespa, de chloroform, de oude kloofbijlen en in onbruik geraakte vuurwapens ten spijt, Amerika is wat mij betreft letterlijk uitgespeeld op het wereldtoneel. En niet alleen met betrekking tot de filmindustrie. 

Laat ze eerst maar eens aan hun eigen volk denken voordat ze zich ongevraagd bemoeien met de 'rest van de wereld', want die rest doen ze toch echt af als 'restje' dat aan de honden gevoerd kan worden ondanks dat de honden inmiddels gewend zijn geraakt aan Royal Canin en een 4-jaarlijkse luxe check-up bij een gekwalificeerde kundige dierenarts. God Bless A.... Us All! Merci mon Dieu!

Arme Sooty

Twee maal eerder heb ik poezen laten steriliseren, in Nederland. Andere dierenartsen en misschien ook een ander beleid, andere anesthesie, andere medicatie en een andere genezingstijd. Sooty ging vorige week onder het mes, wat ingrijpend is voor een poes, want de buik moet open terwijl de castratie van een kater toch een kwestie is van ballen eraf knippen, hechten, klaar. Sooty kwam ook nog slapend thuis en wilde groggy en al gelijk de mand uit en aan de wandel. Duizelig liep ze door de woonkeuken. Wilde in de schouw gaan liggen voor de warmte terwijl de poezenmand naast de radiator was geplaatst. De twee dagen erop laten we haar bijkomen van de ingreep. Daarna voelen we iedere dag aan haar buik die wel erg kaal geschoren is wat haar een raar voorkomen geeft, dat groeit wel weer aan. Ik houd haar in de gaten. Eet ze wel normaal? Drinkt ze? Best veel, maar dat doen al onze katten. Speelt ze graag en komt ze buiten? 
Maar ze slaapt veel, wil niet spelen met wildebras Merlin, wel een beetje met DQ, maar die laat haar nog drinken aan lege katertietjes en wast haar, van echt spelen komt het niet. 
Mijn onderbuikgevoel kan alleen maar spreken als ik alleen ben. Maandag was schakeldag. Gisteren was inhaaldag, bijkomen van het schakelen en weten dat ik ook alleen net zoveel 'waard' ben als samen met Lief. Vandaag slaap ik uit, want ik kan niet goed overweg met Marc's wekker die een onheilspellend geluid maakt om je duidelijk te maken dat doomsday is aangebroken, wakker worden dus. Elke keer als ik Sooty aantref is het slapend, in de poten van DQ verstrengeld of alleen op de sjieke stoel. Als ik mijn koude hand op het litteken leg lijkt ze dat prettig te vinden. Vannacht heeft ze bij me geslapen op de deken en spint ze zachtjes als ik haar streel. Mijn onderbuik, mijn gevoel zegt dat er iets niet goed is met onze mooie meid, de kleine zwarte moedige panter die tussen vier katers en een hond zich prima voelt en met kippen speelt. Vanmiddag om 1600 uur voel ik haar buikje weer, bekijk het litteken en besluit; niet wachten, NU de dierenarts bellen en mijn twijfel uitspreken.
Ik krijg een drie kwartier later van de dierenarts op mijn sodemieter. Ja, die zeer aantrekkelijke dierenarts waar de hele regio mee wegloopt, klein van stuk, groot in de zorg voor alles dat een hart heeft behalve mensen. Sooty heeft geen ontsteking, haar temperatuur is normaal, ze eet, drinkt, doet haar behoeften buiten, maar toch! Sooty heeft pijn, lijdt, dat wat wij mensen NIET bij dieren kunnen zien, misschien enkel afleiden uit signalen en gedrag. 
Sooty had 3x de normale hoeveelheid anesthesie nodig om echt goed onder zeil te zijn voor de sterilisatie. Dus ook 3x meer tijd om goed wakker te worden. Het herstellen kan goed verlopen, maar met pijn in haar mooie ranke lijfje met geprezen vacht -tenminste 1 compliment voor het feit dat ze er zo goed in zit- is ze minder actief, eet ze toch minder als normaal en zal de wond langzamer genezen. Ook bij mensen is pijn een zeer bepalende factor voor genezing, dus waarom bij dieren niet.
Ik betaal de nota van de sterilisatie, 50% korting! Dat is niet niks. Voor de pijnstillende injectie blijk ik niet te hoeven betalen. Ze zijn al lang blij dat ik terug kom omdat ik twijfel. Ik bied en plein publique mijn verontschuldigingen aan. Niet aan de artsen en de secretaresse, maar aan Sooty die me met grote ogen aankijkt in haar mandje. Arm ding.
Thuis komt ze direct uit haar mand, miauwt en gaat aan het spelen, in haar up. De injectie schijnt drie dagen te werken en over 10 dagen moeten we even contact opnemen met de dierenarts. 
Hup Sooty Hup! Mooie meid. 

Die onderbuik! Wat heb ik die toch jarenlang onderschat....

De beste wensen

'Wil je komende dagen een kerstgroet maken om aan al onze klanten te sturen?' vraagt Lief net voor hij weg gaat. Natuurlijk wil ik dat. Ik zeg zelden nee als het gaat om werk in de virtuele werelden. Maar ik loop er al in vast zodra ik begonnen ben. Help! En die hulp die krijg ik van mijn beste vriendin in Secondlife door me een foto te sturen van drie kleine lachebekjes gemaakt van (nep)sneeuw. Ik zou het liefst iets origineels verzinnen wat mensen uit kunnen stallen op hun land, als object dat er feestelijk uitziet, maar dat lukt me nu eens niet. Dan maar een 2 dimensionaal plaatje. 
In het echte leven zie ik om naar een bewogen jaar, maar daar weet u inmiddels bijna alles van en hoeft niet meer benadrukt te worden. We hebben zeggen en schrijven twee echte kerstkaartjes ontvangen, 1 van mijn lezers hier en de andere prachtige kaart is van mijn ouders. Eerlijkheid is geboden; ik, en wij, vinden dit genoeg. Voorheen zond ik mensen per email een zelf gemaakte kaart, maar dit jaar loop ik al vast in het maken van een oppervlakkig kaartje naar onze klanten toe. Ik stuurde 12 kaartjes naar wat mensen, waarvan 11 in Nederland om hen te bedanken voor hun steun afgelopen jaar. Het pakje kaarten is op en de rest van het lijstje moet het helaas zonder kaartje doen. Wat ik op dit kaartje (zie afbeelding) wens aan mensen waarmee ik nauwelijks een echte band heb, wens ik eigenlijk iedereen toe. Het 'creative 2013' slaat natuurlijk op het ontwerpen van mooie virtuele 3D producten die gemaakt worden met Marc's 3D modellen, maar die term mag ook wat gerekt worden. Creatief met geld omgaan, creatief in het leven staan, verder kijken dan de wetenschappelijke grenzen die bijvoorbeeld gezondheid met creatief denken een andere dimensie mee kunnen geven. 'All worlds' kan ook breder gezien worden dan virtuele werelden alleen. Iedereen leeft tenslotte in zijn/haar eigen (belevings)wereld en dat zijn er nu pak 'm beet 7 miljard.
Hierbij dus mijn kerstwens aan al mijn trouwe lezers. 

Vergissen is menselijk


Geen zware log hoor, alleen over hoe menselijk het is om je te vergissen.
Laat ik er nou van overtuigd geweest zijn dat donderdag de wereld vergaat en ik vrijdag vroeg ga rijden.... ? 
Duh! Ik heb een dag extra, das even boffen. Soms pakt het je vergissen dus goed uit. 


Marc is in Bugarach, over 4 minuten wordt hij het gebied uit gezet als hij al niet zelf vertrokken is. Het is erg stil, geen wazige types, geen verdwaalde mensen die denken dat ze gered zullen worden door de groene mannetjes. Alleen nog steeds journalisten van over de hele wereld waarvan een Frans team Marc heeft geïnterviewd voor een Franse radiozender. Wat hij daar komt doen? Misschien toch nog één mens die in die onzin gelooft? Helaas, hij kwam enkel het circus bekijken, het circus van journalisten. Hij verbaasd zich wel over het feit dat er geen souvenir-prullaria-markt is waar je troep kunt kopen met spreuken als 'ik heb het overleefd, Bugarach 2012'. Alleen het restaurant doet goede zaken en serveren een wijn met de berg op het etiket, die berg waar de UFO's gestald zijn. Verder is er niets en is het gebied uitgestorven net als hier thuis, de spreekwoordelijke slagbomen die 's winters de geïsoleerde gebieden in Frankrijk lijken te sluiten. 

dinsdag 18 december 2012

Decoratie's anno 2012

Na een dag schakelen, een dag dat Marc weg gaat voor die paar dagen en ik mijn eigen ding kan doen in de stromende regen, stond ik vandaag al vroeg naast bed. Ik heb er helemaal zin in; het huis versieren. DQ ging in de regen mee de helling op om dat dennentakken te knippen. Ik kroon de drie die bij elkaar tussen bramenbossen staan wat op. De takken zijn zo mooi, met glanzende naalden, en volgezogen, dus zwaar van hars. Het viel niet mee om ongeschonden naar huis af te dalen met in 1 hand de takkenschaar en in de andere die zware bos met geurend groen.
Van links naar rechts heb ik de draagbalk met dennengroen versierd,  1 lang snoer lampjes en verder allerlei lieve oude versierseltjes erin. Niet zo'n strakke guirlande als voorgaande jaren, maar wel authentiek als u de lampjes weg denkt.

Ook in de keuken is het behaaglijk toeven koken.

 De katten spelen al maanden met deze ene doos. Wat kippenveren en deco-veertjes die knalrood geverfd zijn doen al wonderen. Laat staan een klein rendiertje in winterkleer dat ze van een pen van de trap gejast hebben. Het is hetzelfde als met kleine kinderen; 's avonds ruim ik alle speeltjes op door ze in 'hun doos' te deponeren die ik rechtop zet. Iedere avond weer ligt de doos op zijn kant en het speelgoed overal verspreid. Ook de sjaal van het kleine sneeuwpopje, prachtig spul voor de kleintjes.

 Onze telefoon laat een knipperend rood lampje zien als iemand gebeld heeft. Hoogst irritant zo naast het bioscoopscherm (monitor). Ook daar heb ik een oplossing voor gevonden.

 Hoe posh om een prefab mini kerststalletje neer te zetten met lampjes erom heen. Het kan me dit jaar weinig schelen, het geeft licht en het staat zo leuk tussen citroengeranium en knoflook.

Simpel; een goedkoop prul, oh nee, sneeuwmannetje half van natuurlijke materialen, zeer brandgevaarlijk, dus aan de stang van het tochtgordijn. 

Beide tochtgordijnen hebben 4 van deze namaak kerststerren, die zijn hier helaas niet te krijgen. Mooie planten, maar hier zijn deze neppers katten-proof en ze hebben nog een knijpertje ook, ideaal. 

Met de Franse slag; een snoer lampjes achter de stok van het gordijn voor de keuken, wat rood draad over de snoeren en het ziet er schattig uit in dit wel heel donkere hoekje.

Stijlloos en Franse slag; lampjes om de potplantjes heen. 

Deze supermooie smeedijzeren antieke kandelaren hebben even groen en lint. De kaarsen kunnen branden, maar dat moeten we wel in de gaten houden ook al zijn we prima verzekerd.

Leuk contrast met die (te) superstrakke handel van het dubbelglas. 

Het lantaarntje dat eerst boven in het trapgat hing. Lange bezoekers stootten daar hun hoofd tegen. Nu hangt het voor het zijraam, met wat eenvoudig groen is het net wat feestelijker. Het ziet er in ieder geval puur natuur uit.

Halverwege dit gerommel onder begeleiding van een mooi muziekstuk (de Messiah, kan ik nu ongestoord van genieten en hard zetten, prachtig!) zie ik de zon even naar binnen schijnen. Tijd voor een wandelingetje brievenbus waar ik leesvoer aantref van mijn penvriend. Die weet ook precies wat ik nodig heb voor de lege momentjes tijdens mijn reis naar Engeland. De werkzaamheden aan het pad vorderen gestaag; een nette plat gewalste laag donker grind dat over een paar jaar wel weer de nodige hobbels en bobbels zal hebben en waar grassen, wilde bloemen en bramen wel in willen wortelen. Prima, voor nu is het wel even prettig om zonder wiplash de gorges uit te kunnen en de lading achterin heel te houden. (ik overdrijf nu natuurlijk wel wat, maar toch) Ik loop toch met Castel naar de rivier waar ik wat typische plaatjes schiet van het sombere natte schouwspel dat door die bleke zonnestralen beweging krijgt en denk terug aan mijn avontuur daar van van de zomer. Het water stroomt net zo hard door de gorges als toen en mijn renaissance 2012 lijkt bijna ten einde. Terug boven ziet Castel eruit als een monster, ze heeft tijdens mijn fotograferen een holletje uitgegraven, een vieze Lady Vagebond, maar wel heel blij met de wandeling.



Nadat ik de Rode zo te grazen nam zondag, mag ik niet vergeten de vloeistoffen na te kijken. Fijn dat ik dromer-af ben, want amper meer transmissie-olie of motorolie. Terwijl de verwarmingsketel in de schuur een aangename geur verspreidt door het droge eikenhout dat we hebben, laad ik de rode vol bij de stapel om dit in de schuur te leggen. Het scheelt lopen door de modder met 1 blok, want die zijn nogal lang en groot, als ook de ketel en de schouw. (Waarom moeilijk doen als het makkelijk kan.) De wals en grindwagen jagen de katten de stuipen op het lijf, maar met mijn onverschillige houding ten opzichte van die herrie blijven ze buiten en spelen met elkaar en de kippen. (Weer een kip foetsie....?) Tot het donker is rommel ik zo wat aan en de hemel trekt schoon, waardoor het fris is en plaats maakt voor een overdonderende sterrenhemel. Lekker lang douchen en dan het virtuele wereldenwerk aanvangen na het oppeuzelen van de lekkere pasta in witte wijnsaus die ik gister kookte.