donderdag 24 februari 2011

Tijdloos grijs

De dag begint nat, de terrassen nat, de bomen nat en het geluid van druppels op afgevallen bruin blad. De wolken rusten nog uit op ons terrein en het is stil op een enkele vogel na die de lente ruikt.
Ik moet naar de markt, een lege koelkast, geen eigen brood meer in de vriezer, pakketjes die gefrankeerd moeten worden en een koffiedate met H om wat Hollandse boodschapjes te geven.
De rode landrover voelt maar vreemd na de lange ritten in de blauwe, onwennig om weer als vanouds naar de markt te rijden. Daar tref ik een lege bistro aan met alleen een zwijgzaam heerschap die zonder koffie staat te mokken. Hij zegt in ieder geval geen gedag. Ook le Patron is er blijkbaar even niet, dus sluit ik de deur en ga maar in de rij staan bij de groentekraam. De lucht is zacht, hier geen wolken die nog moeten opstijgen, maar zowaar een zonnestraal die de groenteman een glimlach ontlokt terwijl hij met passie de klanten helpt.
Daarna 10 minuten in de rij voor brood en terwijl er voorgedrongen wordt, wind ik me op en ben al van plan er wat van te zeggen, maar terwijl ik de woorden sta te zoeken hoe onbeleeft ik het vind, speuren mijn ogen het plein af op zoek naar H en bedenk me dat ik nog even de bank binnen moet om een afspraak te maken. Voor ieder wissewasje maak je hier een afspraak, dus ok, nu dan ook maar weer.
Met een tas vol brood en de ergenis al lang voorbij, stap ik het pand binnen en wordt gelijk geholpen. Net na mij stapt een breedgeschouderde gendarme de bank binnen met het handwapen opzichtig aan zijn koppel. Ik heb denk ik echt te veel films gezien, want er schieten gelijk allerlei dingen door mijn hoofd. Het gevoel alsof je in de film meespeelt, maar dan met een te hoog realiteitsgehalte. Verder het zo opzichtig aanwezig zijn van het leger, de gendarmerie is tenslotte defensie en geen justitie. Het dwingt toch respect af en verder ..... het is zo'n stoere vent! Dus doe ik mijn uiterste best me niet steeds om te draaien om deze man aan te gapen alsof hij echt zo van het witte doek komt.
Ik haast me het gebouw uit met het afspraken-papiertje.
H mis ik, wat voor ons beide frustrerend is, want we komen al weinig in het stadje en wonen een dik half uur van elkaar af terwijl haar auto geen stoere hoge stevige 4x4 genoemd kan worden.
Thuis kook ik een lekkere hap, was af en kan mezelf niet binnen houden. De dag is nog steeds grijs, de hemel dus ook, met nog donkerere wolken die nauwelijks bewegen, want er staat geen wind. De dreiging van regen blijft, het ruikt vochtig en toch zoemen er bijen en vliegen vlinders van viool tot viool.
Ik ga de fruitbomen snoeien, let op, wel twee die niet hoger zijn dan 3 meter, maar toch moet ik erin, want de ladder komt niet daar waar ik snoeien wil. Marc bouwt verder aan de muur, het kippenhok heeft al een luikje en de helft is al met gaas bekleed. Omdat ik toch bij de broodoven met de pruim en appel bezig ben, besluit ik de gevonden kleine notenboom uit te spitten die in een hoekje achter de oven tegen de muur groeit.
Na 10 minuten graven met de hand en spitten, heb ik spijt van deze onderneming. Een oer hollandse spade komt niet door graniet steentjes of scherven van oude borden heen. De grond is meer steentjes dan aarde, dus zweet ik m'n trui vol en haal nog maar eens diep adem.
Uiteindelijk heb ik het zielige boompje uit de grond, flink beschadigd, maar toch poot ik hem terug op een open helling aan de andere kant van de moestuin. Ik verplant nog de Lavas en Koriander, zodat daar een compostbak kan komen en dan vind ik het werken wel genoeg.
Met modder en aarde overal -ja als ik bezig ga buiten, dan ben ik net een everzwijntje dat met liefde wroet- krijg ik mezelf nog niet naar binnen. De lucht is nog dezelfde als eind van de ochtend, geen wind en de temperatuur is zacht genoeg om zonder jas een ommetje te maken.
Dit grijs is zo tijdloos. Ik kan echt het tijdstip van de dag niet bepalen, geen idee waar de zon zou kunnen staan, hoe laat het is, geen idee!
Dat maakt zo'n grijze dag bijzonder, het is een eindeloze dag, één zonder einde, alsof de tijd stop gezet is en ik door het vacuum loop op weg naar de stal om eens te kijken hoe we dat met een ezelhek op kunnen lossen. Zelfs Castel heeft niet door dat ik aan de wandel ben, wat het nog tijdlozer en stiller maak. Zelfs die vogel van vanochtend hoor ik niet.
Al mijmerend bij de stal zie ik toch echt iets vliegen; een vleermuisje!! Eind februari? Een vleermuis? Na tientallen rondjes boven de stal weet ik het zeker, die is wakker en zoekt naar mugjes die voor mij onzichtbaar zijn. Ik ben het echt even kwijt, ergens in de middag van 24 februari weet ik nog net waar ik ben, maar daar is alles mee gezegd.
Tijdloos grijs, stilte met minimale beweging, kaal nog en toch kleur, bladloos en toch bloemen, winters nog en toch een wakkere winterslaper....
Stop de tijd maar, ik heb genoeg te doen.

1 opmerking:

  1. Leuk stukje proza, bijna poetisch !
    Compliment.
    Hier in Holland staat de vochtigelucht ook compleet stil, maar dan in een landschap van files, steden en industrieterreinen.
    John

    BeantwoordenVerwijderen